10 Johan van Bemmel, koopman alhier, voor hem zelf en voorts als gemachtigde van zijn broeder Jacobus van Bemmel, raad en schepen der stad Amersfoort, kracht volmacht, op 17-08-1761 voor schout, burgemeesters en schepenen der stad Amersfoort gepasseerd, dan nog als gemachtigde van zijn zuster Francina van Bemmel, weduwe van Theodorus van Ommeren, in zijn leven raad in vroedschap en schepenen der stad Wijk bij Duurstede, krachtens volmacht, op 17-08-1761 voor hoofdofficier, burgemeesters en schepenen der gemelde stad gepaseerd, gezamenlijke erfgenamen van hun overleden neef Samuel van Bruynsweerd, verklaart pro se et q.q. te hebben verkocht en mits dezen te cederen, te transporteren en in volle eigendom op te dragen en over te geven aan en ten behoeve van Hendrik Kok en Johanna Gerveling e.l. een huis, zijnde thans 2 woningen, alhier binnen Arnhem in de Helsteeg staande [enz.], verklarende comparant pro se et q.q. van de volle kooppenningen ad 700 Caroli gl. vrij geld voldaan en betaald te wezen [enz.];