N.B. In de deelen over 1435-1562 en 1562-1614 zijn achterin ingeschreven de namen der jongelieden, die begiftigd zijn met het studentengeld ingevolge het testament van MR. JOHAN VAN HUEVEN, resp. over de jaren 1546-1561 en 1560-1610. Voorts bevinden zich in die deelen afschriften van den burgereed, en in het laatste deel een aanteekening van de rechten, verschuldigd bij het winnen van het burgerschap.
In het deel over 1614-1680 zijn aangeteekend de namen der burgerschippers, die zich sedert de publicatie van 18 Februari 1616 hebben aangegeven over 1616-1653.
In de deelen over 1680-1737, 1737-1803 en 1804-1810 bevinden zich achterin indices. Het tweede dezer deelen is verdeeld in 3 afdeelingen, n.l. één betreffende de Grootburgers, één betreffende de Kleinburgers en één betreffende de personen, die van een anderen godsdienst, dan den Hervormden zijn. Bovendien staat voorin een afschrift van de ordonnantie op het burgerschap en op pag. 147 een inschrijving van het jaar 1806.
Het laatste deel is verdeeld in 5 afdeelingen, n.l. betreffende Hervormden, Lutherschen, Roomschen, Doopsgezinden en Joden. Verder staat voorin een afschrift van de ordonnantie op den burgereed d.d. 1804.
N.B. In de deelen over 1435-1562 en 1562-1614 zijn achterin ingeschreven de namen der jongelieden, die begiftigd zijn met het studentengeld ingevolge het testament van MR. JOHAN VAN HUEVEN, resp. over de jaren 1546-1561 en 1560-1610. Voorts bevinden zich in die deelen afschriften van den burgereed, en in het laatste deel een aanteekening van de rechten, verschuldigd bij het winnen van het burgerschap.
In het deel over 1614-1680 zijn aangeteekend de namen der burgerschippers, die zich sedert de publicatie van 18 Februari 1616 hebben aangegeven over 1616-1653.
In de deelen over 1680-1737, 1737-1803 en 1804-1810 bevinden zich achterin indices. Het tweede dezer deelen is verdeeld in 3 afdeelingen, n.l. één betreffende de Grootburgers, één betreffende de Kleinburgers en één betreffende de personen, die van een anderen godsdienst, dan den Hervormden zijn. Bovendien staat voorin een afschrift van de ordonnantie op het burgerschap en op pag. 147 een inschrijving van het jaar 1806.
Het laatste deel is verdeeld in 5 afdeelingen, n.l. betreffende Hervormden, Lutherschen, Roomschen, Doopsgezinden en Joden. Verder staat voorin een afschrift van de ordonnantie op den burgereed d.d. 1804.