Het is een bijzonder werk met mooie illustraties. Anje helpt haar vader, huisarts Gerrit van Maanen, in het noodhospitaal in Hotel De Tafelberg. Het is een indrukwekkend tijdsdocument geworden. Ze schrijft op donderdag 21 september: “Ze kunnen ieder ogenblik beginnen te schieten, hoewel ze vandaag laat zijn. Als ik boven op de overloop sta, zie ik dat ze een levenloos mens in het bos tegenover ons huis dragen. Als ik even langer kijk, zie ik dat het een lijk is. Bah, zielig. Ze begraven hem. Dat is nu waar hij voor vocht, om nu onder de grond gestopt te worden… Wie weet worden wij straks ook zo onder de aarde gestopt als bleke dode mensen, door geweld gedood.” Een ander citaat dat is gebruikt bij de tentoonstelling 'Van Huis en Haard': “Er komt een bericht dat we weg moeten. Grote paniek! Hoe in ’s hemelsnaam. Waarlangs. Er komen ook allerlei vluchtelingen jammerend hier naartoe, maar ze worden weer teruggestuurd, want hier is het helemaal niet veilig en wij moeten zelf immers ook weg.”