17 De rentmeester Jan van Dorsten en Geertruijd van Kreethuijsen e.l. verklaren verkocht te hebben en in vrije eigendom op te dragen aan en ten behoeve van Otto Reijers en Maria Camp e.l. ongeveer 1½ schepel land, gelegen in Alteveer [enz.], bekennende de transportanten de volle kooppenningen ter summa van 325 gl. ontvangen te hebben en daarvan voldaan te wezen; [enz.]

18 De oud burgerhopman Hendrick Brouwer en Maria Melsert e.l., eigenaren voor een derde part van nagenoemd huis, erf en hof, de burger vaandrig Johan Alpherts en Wilhelmina Brouwer e.l., dan nog de vnd. Johan Alpherts als gemachtigde van Jan Brouwer en Cornelia van Duin e.l. kracht volmacht, op 30-01-1776 voor burgemeesters en regeerders der stad Amsterdam gepasseerd, verder als gemachtigde van Jacob van Ellinckhuijsen, secretaris van de heerlijkheid Renswoude en Emmikhuijsen, en Margaretha Brouwer e.l. kracht volmacht, op 27-01-1776 voor Jan Franse Velthuijsen bij absentie van de schout en Willem Teunissen en Gysbert Sandersen, schepenen der hoge en vrije heerlijkheid Renswoude en Emmikhuijsen gepasseerd, zijnde kinderen en erfgenamen van wijlen Mr Willem Jan Brouwer en Susanna Wildekamp, in leven e.l., en alle tezamen eigenaren voor het tweede derde part, dan nog Mr Willem Jan Tulleken, leengriffier van de Provinciale Leenkamer van Gelderland, in kwaliteit van gemachtigde van Cornelis de Man en Lucretia Hermina van Groenesteijn e.l., zijnde de laatstgemelde een dochter van wijlen Diederik van Groenesteijn, in leven kapitein ten dienste dezer Lande, en Maria Margaretha Brouwer e.l., en voor het resterende part eigenaren, kracht volmacht, op 04-04-1776 voor burgemeesters en regeerders der stad Amsterdam gepasseerd, alle tezamen kinderen en kindskinderen van wijlen Johan Brouwer en Aletta Catharina van Rhijn, in leven e.l., en eigenaren van het na te melden huis, erf en hof, [---] verklaren zo pro se als in hun kwaliteit te hebben verkocht en kracht en mits dezen te cederen, te transporteren en in een volle eigendom op te dragen en over te geven aan en ten behoeve van Gerhard Ambrosii, rentmeester van het Borger weeshuis en roeidrager dezer stad, en Theodora Tapper e.l. een huis en erf met een hof daarachter, staande en gelegen alhier binnen Arnhem in de Ketelstraat, thans nog bewoond wordende door de overste Feriet,

19 Mr Jan Nanning van der Hoop, burgemeester dezer stad, en vrouwe Adelgunda Christina Wolthers e.l. verklaren in een vaste en stedige erfkoop te hebben verkocht en alnu kracht dezes te cederen en op te dragen aan ten erfelijke behoeve van de gezusters Johanna Clasina en Alida Jacoba van Rheeden hunlieder hof met een annex huisje, in den Broerenklooster alhier achter de Latijnse school gelegen, en zulks voor eem somma van 480 gl., waarvan zij, comparanten, bekennen ten volle betaald te zijn; [enz.]

20 Gerrit Teunissen en Gerriken Gerritsen e.l. verklaren verkocht te hebben en uit dien hoofde alnu bij dezen te cederen, te transporteren en in vrije eigendom op te dragen en over te geven aan Otto Reijers en Maria Camp e.l. zeker stuk bouwland, gelegen in Alteveer, groot 1 schepel gezaai, [enz.], bekennende comparanten van de volle kooppenningen ter somma van 150 gl. te zijn voldaan en betaald [enz.];