0012
Gelderse Rekenkamer
Inleiding
laatste wijziging 06-04-2024
9.793 beschreven archiefstukken
7.479 gedigitaliseerd
totaal 698.959 bestanden
Inventaris
Tweede afdeeling. Onderdeelen van het domeinbeheer (uitgezonderd rekeningen en bijlagen)
A. Landrentambt-generaal
N.B. De landrentmeester-generaal, de opvolger van den hertogelijken landrentmeester, inde de batige sloten van de rekeningen der subalterne rentmeesters en van andere rekenplichtige ambtenaren en deed daarvan verschillende betalingen ten dienste van den landsheer, sinds 1581 van de Landschap. Vóór de oprichting van de Rekenkamer beheerde hij ook de domeinen in de Over- en Nederbetuwe, voor zoover niet verpand, die sindsdien onder het beheer van den Nymeegschen rentmeester zijn gesteld. Zie over dit rentambt ook de noot aan het hoofd van B, I in de 3de Afdeeling. Afgezien van de hierboven vermelde inkomsten en uitgaven van den landrentmeester-generaal zij er hier op gewezen, dat deze de domeingebouwen te Arnhem beheerde en de uitvoering en instandhouding van verschillende werken van algemeen nut bekostigde, waaromtrent men hier stukken zal aantreffen.
N.B. De landrentmeester-generaal, de opvolger van den hertogelijken landrentmeester, inde de batige sloten van de rekeningen der subalterne rentmeesters en van andere rekenplichtige ambtenaren en deed daarvan verschillende betalingen ten dienste van den landsheer, sinds 1581 van de Landschap. Vóór de oprichting van de Rekenkamer beheerde hij ook de domeinen in de Over- en Nederbetuwe, voor zoover niet verpand, die sindsdien onder het beheer van den Nymeegschen rentmeester zijn gesteld. Zie over dit rentambt ook de noot aan het hoofd van B, I in de 3de Afdeeling. Afgezien van de hierboven vermelde inkomsten en uitgaven van den landrentmeester-generaal zij er hier op gewezen, dat deze de domeingebouwen te Arnhem beheerde en de uitvoering en instandhouding van verschillende werken van algemeen nut bekostigde, waaromtrent men hier stukken zal aantreffen.
I. Algemeen
543 Stukken betreffende de borgstelling en de eedsaflegging van THOMAS GRAMAYE den Jongen, 1574, 1575. 1 charter en 1 omslag
N.B. Het charter voorheen 0243 Charterverzameling, inv.nr. 2094. i
N.B. Het charter voorheen 0243 Charterverzameling, inv.nr. 2094. i
0012 Gelderse Rekenkamer
Inventaris
Tweede afdeeling. Onderdeelen van het domeinbeheer (uitgezonderd rekeningen en bijlagen)
A. Landrentambt-generaal
N.B. De landrentmeester-generaal, de opvolger van den hertogelijken landrentmeester, inde de batige sloten van de rekeningen der subalterne rentmeesters en van andere rekenplichtige ambtenaren en deed daarvan verschillende betalingen ten dienste van den landsheer, sinds 1581 van de Landschap. Vóór de oprichting van de Rekenkamer beheerde hij ook de domeinen in de Over- en Nederbetuwe, voor zoover niet verpand, die sindsdien onder het beheer van den Nymeegschen rentmeester zijn gesteld. Zie over dit rentambt ook de noot aan het hoofd van B, I in de 3de Afdeeling. Afgezien van de hierboven vermelde inkomsten en uitgaven van den landrentmeester-generaal zij er hier op gewezen, dat deze de domeingebouwen te Arnhem beheerde en de uitvoering en instandhouding van verschillende werken van algemeen nut bekostigde, waaromtrent men hier stukken zal aantreffen.
N.B. De landrentmeester-generaal, de opvolger van den hertogelijken landrentmeester, inde de batige sloten van de rekeningen der subalterne rentmeesters en van andere rekenplichtige ambtenaren en deed daarvan verschillende betalingen ten dienste van den landsheer, sinds 1581 van de Landschap. Vóór de oprichting van de Rekenkamer beheerde hij ook de domeinen in de Over- en Nederbetuwe, voor zoover niet verpand, die sindsdien onder het beheer van den Nymeegschen rentmeester zijn gesteld. Zie over dit rentambt ook de noot aan het hoofd van B, I in de 3de Afdeeling. Afgezien van de hierboven vermelde inkomsten en uitgaven van den landrentmeester-generaal zij er hier op gewezen, dat deze de domeingebouwen te Arnhem beheerde en de uitvoering en instandhouding van verschillende werken van algemeen nut bekostigde, waaromtrent men hier stukken zal aantreffen.
I. Algemeen
543
Stukken betreffende de borgstelling en de eedsaflegging van THOMAS GRAMAYE den Jongen, 1574, 1575. 1 charter en 1 omslag
N.B. Het charter voorheen 0243 Charterverzameling, inv.nr. 2094.
N.B. Het charter voorheen 0243 Charterverzameling, inv.nr. 2094.
laatste wijziging 06-04-2024
9.793 beschreven archiefstukken
7.479 gedigitaliseerd
totaal 698.959 bestanden
Kenmerken
laatste wijziging 06-04-2024
9.793 beschreven archiefstukken
7.479 gedigitaliseerd
totaal 698.959 bestanden