Menu

De chat is beschikbaar van maandag tot en met vrijdag tussen 13:00 en 16:00 uur. Is de chat offline? Bekijk onze Veelgestelde vragen of stel uw vraag via ons contactformulier.

Uw zoekacties: Regesten

Regesten

Regest

Een regest is een korte samenvatting van een brief/akte met datum en namen van afzender en geadresseerde. Regesten worden over het algemeen alleen gemaakt van brieven/akten van vóór 1500. Lang niet alle brieven/akten zijn op die manier beschreven. Persoonsnamen worden weergegeven in de spelling waarin ze in de akte voorkomen. De regesten zijn afkomstig uit de toegangen op oudere bestuursarchieven en diverse huis- en familiearchieven. Het aantal groeit nog steeds.

Hoe zoekt u door de regesten?

Klik op de zoekbalk links bovenin en voer uw zoekterm(en) in. Klik vervolgens op ‘zoek’.
Vervolgens vindt u rechterkant van het scherm verschillende filters. Als u op een filter klikt, kunt u uw zoekresultaten meer specifiek maken. 
 
Filter: -x
beacon
603  regesten
sorteren op:
 
 
 
 
Regest
554 In den naam ons heren Amen; kentlijk zij allen en een iegelijk die deze tegenwoordige protestatie zullen zien en horen lezen dat in den jaar ons heren 1543, op de eerste dag december des zaterdags namiddags omtrent 3 uren voor mij openbaar notaris en getuigen hiernabeschreven gekomen zijn: - Slott van Herentaels, Caspar van Oldenborch en Lichtschuyt van Dort, en hebben door verzoek van Cornelis van Heteren getuigd en gezegd woe dat geleden is in het eerst, toen zij tot Cornelis moeders huis ter herbergen kwamen dat daar ettelijke gelrese knechten [die geen dienst van Key.er Matt. hadden] in de kamer zaten en dronken en dat de Burgoynsche knechten vóór in het huis zaten en dronken en Cornelis voorzegd ging tussen beiden af en aan, zo vielen ettelijke woorden onder de Burgoynsche knechten, die de gelrese knechten, in de kamer zittende, [en geen dienst hadden] verdroten, en waren der mening dat zij opten avond met de Burgoynsche knechten gaarne "messchet" wilden hebben en varen dan over opten Praest; deze woorden hoorde Cornelis moeder van de gelrese knechten en zei tot Cornelis, haar zoon, dat hij de Burgoynsche knechten zou zeggen dat zij zouden zwijgen, want het stond daarop dat daar "ongenuecht" uit komen wilde; zo is Cornelis tot de Burgoynsche knechten gegaan en zei: "Ick bid U, gy kriechsluede, hebt eijne haesschen mont, want idt loept daerop dat gy den anderen t avond den beck in twee smijten sult ind sullen U daer en baven noch ten huyse uth jaegen"; deze woorden hebben de voorzegde getuigen van Cornelis gehoord en anders niet en, zo Peter van den Boijsche hier bij zat, mag hij die woorden van Cornelis "quellick" verstaan en onrecht nagezegd hebben en dat deze woorden alzo door Cornelis gesproken zijn, willen deze voorzegde getuigen altijd bij hun eed bezweren, wan zij daartoe met recht verder gerequireerd worden; van welke alle woorden en puncten voorzegd Cornelis van mij, openbaar notaris,
Datering:
[ongedateerd]
Folio:
105r
Toegangsnummer:
2003 ORA Arnhem
Inventarisnummer:
390
 
 
 
 
 
Regest
534 Meester Peter Huest, rentmeester tot Montfort, heeft vertoond en horen en lezen en laten een volmachtsbrief, gans heel en ongecandelleerd, bezegeld met het secreetzegel der stad Nijmegen, inhoudende van woord tot woord als hiernabeschreven: - Wij, burgemeesters, schepenen en raad der stad Nijmegen, doen kond en kennelijk alle degenen, die deze onze open brief zullen zien of horen lezen, openbaarlijk voor de rechte waarheid certificerende: dat op heden datum van dezen voor ons gekomen is Jutte, nagelaten weduwe van zal. Jacob Doeysch, onze ingezeten medeburgerse, en heeft voor ons met haar vrije wil volmachtig gemaakt en maakt overmits deze volmachtig Meester Peter Huest, rentmeester tot Montfort, onze ingezeten medeburger, toonder van dezen, om voor de richter en schepenen der stad Arnhem en van Veluwezoom, ook voor de richter en schepenen of gerichtsluiden van Westervoort in de heerlijkheid ons Jonker en grave van den Bergh etc., te verschijnen en Gryetgen, echte dochter van Wilhem van den Kerckhoff, onze ingezeten medeburger, die hij geworven heeft bij zal. Jutten, zijn echte huisvrouw, in derzelver Jutten, haar zal. moeder, stede te zetten en te stellen in en tot alle en iegelijke erfenissen en goederen, rede en onrede, roerende en onroerende, schuld en wederschuld, die Jutte, weduwe, voorzegd overmits haar dood achterlatende zal worden woe en waar die ook in de stad en schependom van Arnhem, in de gerichte van Veluwezoom en Westervoort gelegen, niet daarvan uitgescheiden, in enigerlei wijs, zo dat dezelve Gryetgen met haar omen na dode van Jutte, weduwe, voorzegd tot en van de voorzegde achtergelaten erfenis en goederen voorzegd te gelijker deling gaan en staan zal, gelijk en in aller mate en manieren of de voorzegde Jutte zal., haar moeder, alsdan nog in den leven waar [enz.]; geschied op zaterdag Sente Martensavond Bisschops in de winter 1543;
Datering:
Op zaterdag post Martini hiemalis 1543
Folio:
100v-101r
Toegangsnummer:
2003 ORA Arnhem
Inventarisnummer:
390
 
 
 
 
 
Regest
414 Comparuerunt Gaert Janss en Wilhem Roloffss met recht gebaad om een getuig der waarheid te geven en tuigen woe dat het zich begeven heeft dat een zondagavond naastleden gekomen zijn Pouwell die wever en Wilhem Thonyss in het klooster te Monychuysen en gezegd of men hun niet een "foeyte" biers geven wilde, waarop de "koicke" geantwoord, nl. broeder Jorien en Gysbert die gastwaerer, of hun bier geweigerd waar, waarop Pouwell en Wilhem voorzegd gegaan zijn aan de "rolle" en, als zij aan het gaan waren naar de "rolle", zeide Pouwell dat "den koicken" "Gaets wonden schenden moet"; hij had zelf geld om bier te kopen, waarop de "koicke" gezegd: Hadden zij gelds genoeg, wat zij dan daar deden [?] en wilden zij bier hebben, zouden zij bij dage komen en niet in de nacht, waarmede de "koicke" hun bier gelangd door de "rolle", dat zij niet hebben wilden; daarna zijn Pouwell en Wilhem voorzegd gegaan in het bouwhuis en wederom uit het bouwhuis komende, zijn zij langs Gaert Janss en Wilhem Roloffss en Arnt Vysscher heen gegaan naar Monychuyserpoort en, als zij aan de poort waren, zijn zij wederom gegaan naar de "rolle" en, eer zij bij Gaert, Wilhem en Arnt voorzegd kwamen, hebben zij beide hun degens uit de schede getagen en bloot in de hand gehad en zeiden dat zij één doodslagen wilden; het waar monych of knecht; waarop Arnt Vysscher gezegd: "Ick en haepe nyet, broederss, dat gy my daer nemen wylt", waarop Pouwell geantwoord dat het hem "all eenss" wie dat het ook waar; waarmede Arnt voorzegd zijn kleine mes getagen heeft en onder hun degens wilde lopen, dan Wilhem Janss heeft Arnt voorzegd teruggetagen en toen is Arnt voorzegd teruggetagen en toen is Arnt gelopen naar het brouwhuis en zijn degen gehaald en wederom komende, zei Arnt voorzegd: "Gy broederss, nu heb ick soe waell eenen korten degen alss gy hebt; kompt één vur één her",
Datering:
Op zondag Jubilate 1543
Folio:
tussen 78v-79r
Toegangsnummer:
2003 ORA Arnhem
Inventarisnummer:
390
 
 
 
 
 
Regest
390 Tuigen Wynant van Presichave, Derick die camerknecht, Jacob Janss en Steven Arntss dat zij gisteravond omtrent 8 uren opter raadkamer gekomen zijn en bij het vuur gezeten om de "waicke" te stellen en, als zij opter raadkamer waren, is Geryt van Gelre opter raadkamer gekomen, waartoe Jacob Janss gezegd dat Geryt van Gelre geantwoord dat het hem niet waar om zitten en is gaan staan bij de "cantoer" en gezegd dat gebrek geschiedde onder maken in de "waicken", waarop Wynant van Prisichave gezegd dat zij daarom daar waren om zulks te beteren; en heeft Geryt onder andere woorden gehad met Johan then Westenenge, de "waickmeyster", en gezegd dat Jan voorzegd kortsleden met zijn zoon in den gelage gezeten had en wel wist wat hem daar toegezegd waar, waarop Jan geantwoord dat hem niet toegezegd waar dan toe te zien; waar Geryts voorzegd zoon anders ietwes toegezegd, mochte hij weten; zei Geryt van Gelre wederom: hij wilde zijnen weg eens daar bij in de gelag maken en verdrinken een vane biers en wilde hen één "opt monnycke danss" brengen, niemand noemende; voorts heeft Geryt woorden gehad met Jan voorzegd als aangaande de ommegang van de "waicken", zeggende: "Ghy blyfft opter cameren; gy moest wael komen beneden ind besien off die weckerss oeren ommegenge oick hielden op oer tyt", waarop Jan voorzegd geantwoord dat, als hij de "waicke" gesath, had hij voldaan; de rotmeesters behoorden de ommegang te bestellen en, als zij des niet deden, [waren] zij niet vromelijk, waarop Wynant voorzegd gezegd: "laet onss gaen ind stellen die waicke; der woerde zyn genoech", waarmede Wynant voorzegd van de kamer gegaan is, anders niet wetende dan zij tezamen volgen zouden, want daar nog geen messen getagen waren of verder woorden gegaan zijn, want zij aan het gaan waren; tuigen Derick die camerknecht, Jacob Janss Steven Arntss dat daarna Geryt van Gelre gezegd tot Jan voorzegd dat hij zijn moeder wel zo doen moest en komen beneden en stellen de "waicke",
Datering:
Ipso Palmarum 1543
Folio:
tussen 74v-75r
Toegangsnummer:
2003 ORA Arnhem
Inventarisnummer:
390
 
 
 

Contact

location Westervoortsedijk 67-D
     6827 AT Arnhem
     (parkeerplaats aan de
     Mercatorweg)

E-mail Contactformulier
Telefoon  Telefoon
calender2 Openingstijden studiezaal