2003_421 -
380 Willem Meuleman, concierge van het Hof provintiaal van Gelderland en deurwaarder van de Rekenkamer, in kwalteit van gemachtigde van Juffr. Wilhelmina van Asperen, juffrouw van Heeswijck, volgens volmacht, gepasseerd op 11-06-1703 voor de Hn. Everhardus Tulleken en Jacob Lodewijck Sweerts de Landas, schepen en raad der stad 's Hertogenbosch, verklaart in bovengemelde kwaliteit oprecht en deugdelijk schuldig te wezen aan de commijs Hendrick Noot en Anna Rockelingh e.l. een somma van 1000 Caroli gl., heerkomende van geleende en te dank ontvangen penningen, waarmede de Hr. Jacob Everwijn, burgemeester der stad Arnhem, op 02-05-1703 is worden afgelost een kapitaal van 1000 gl., zoals zijn principalinne had laten negotieren ingevolge de volmacht, gepasseerd op 01-11-1698 voor schepenen der stad 's Hertogenbosch, en belooft dit vnd. kapitaal van 1000 gl. te zullen verrenten jaarlijks tegen 5 gl. van ieder honderd vrij geld [enz.], tot nakoming dezes komt zijn principalinne hiervoor te verbinden haar persoon en goederen en in specie verbindende daarvoor haar huis, alhier te Arnhem in de Kerkstraat staande, met de schuur en hof daar tegenover, alsmede de 2 kleine huiskens daar neffens [enz.];
laatste wijziging 05-04-2022