4 Henrick van Poelwijck en meester Arnt van den Gruythuyss, schepenen in Arnhem, oorkonden, dat Joest, graaf tot Bronckhorst, heer tot Borckelloe, Crystoffell, graaf tot Moerze en Sarwerden, en Zeger van Arnhem, executeurs van de erfenis van Kaerll, hertog van Gelre, hebben overgedragen aan heer Herman van Berck, heer Jan Brantsz, heer Jelis Brantsz, heer Cornelis Bleick en heer Wynant van Wagenyngen de hofstede Loepender Bergh, bij de Clyngelbeek aan den Rijnstroom, en de drie stukken land, den Broetacker, het Wijlskempken en den Groetencamp.
Gegeven int jaer onss Heren duysent vijffhondert ind acht ind dertich opten vijff ind twyntichsten dach des maendts October.
Oorspr. (Inv.nr. 28); met de zegels van de oorkonders in groene was; dat van den tweeden oorkonder is geschonden.

2 Kairll, hertog van Gelre, enz., verklaart in ruil over te dragen aan zijn barbier Herman Boetzeell de watermolen, in het schependom van Arnhem gelegen, tegen de boomgaard met het huis Loipenreberch bij de Klingelbeeck, de drie stukken land, den Broetacker, het Wilskempken en den Grotencamp, het Bonrycken weitje bij Rosande, kwijtschelding van de vordering van 85 guldens en 50 guldens op voorschot, die hij van Herman ontvangen had.
Gegeven int jair onses Heeren duysent vijfhondert ind XXXIII opten XlXen dach September; Ongedateerd afschrift (18de eeuw), door G. van Hasselt (Inv.nr. 52)

1 Herman Tengnagell on Wilhem Boerre, heer in Dornynck en drost te Wagenyngen, schepenen in Arnhem, oorkonden, dat Herman Boetzeell, barbier van den hertog, en zijn vrouw Clara. hebben overgedragen aan Geryt van Scerpenzeell genaamd Palick, landdrost van Veluwen, ten behoeve van den hertog den boomgaard en het huis, genaamd Loopener Bergh, bij de Klyngelbeck aan den Rijnstroem beneden Arnhem, tot aan het door den hertog gebouwde Spycker Hulckesteyn en drie stukken land aldaar, den Broetacker, het Wijlskempken en den Groetencamp, en aan den hertog zelf het Bonnynckx weitje, gelegen bij Rosande, vijftig goudguldens en kwijtschelding van een schuld.
Gegeven int jaer onss Heren vijffthienhondert ind drye ind dertich den negenthienden dach Septembriss

9 Wynant Hackfort en Kaerll Bentynck, schepenen in Arnhem, oorkonden, dat Johan Trommesleger heeft overgedragen aan heer Phylips van Lalainge, graaf tot Hoichstraten etc., het recht van aanwas langs zijn hofstede opter Clyngelbecken, onder bepaling, dat de aanwas tot nu toe aan hem zal blijven.
Gegeven int jaer ons Heren duysent vijffhondert negen ind vyertich des Saterdages nae sente Franciscus' dach.
Oorspr. (Inv.nr. 43); met het geschonden zegel van den tweeden oorkonder in groene was; dat van den eersten oorkonder is verloren.