Menu

De chat is beschikbaar van maandag tot en met vrijdag tussen 13:00 en 16:00 uur. Is de chat offline? Bekijk onze Veelgestelde vragen of stel uw vraag via ons contactformulier.

Uw zoekacties: Familie Van Dam van Brakel

0379 Familie Van Dam van Brakel

Archieftoegang

Hier vindt u de inventaris van een archieftoegang. Hierin staat beschreven welke stukken zich in dit archief bevinden. 
 
Het nummer dat voor de titel van het archief staat is het toegangsnummer van dit archief. Het nummer dat voor de beschrijving van een stuk staat is het inventarisnummer. 
  • Bij ‘Kenmerken’ vindt u algemene informatie over dit archief
  • Bij ‘Inleiding’ vindt u achtergrondinformatie over dit archief, denk hierbij aan de openbaarheid, de archiefvormer en de oorsprong en opbouw van het archief.
  • Bij ‘Inventaris’ vindt u de lijst met beschrijvingen van stukken die zich in dit archief bevinden. 

Hoe zoekt u door een archieftoegang?

Klik op de zoekbalk links bovenin en voer uw zoekterm(en) in. Klik vervolgens op ‘zoek’.
Onder ‘Gevonden archiefstukken’ verschijnen de beschrijvingen van stukken uit dit archief waar deze term in voorkomt. Om te zien in welk deel van het archief deze stukken zitten klikt u op ‘Inventaris’. Dor telkens te klikken op het woord/de woorden die vetgedrukt worden weergegeven komt u uit bij de (met geel gemarkeerde) zoektermen. 

Welke archieftoegangen heeft het Gelders Archief?

Bekijk het Archievenoverzicht  om te zien welke archieven zich in het Gelders Archief bevinden. Deze zijn niet allemaal geïnventariseerd en beschikbaar voor inzage. Als er geen inventarislijst beschikbaar is, is dit archief helaas nog niet in te zien. 
 

 

beacon
 
 
Inleiding
1. Openbaarheid en citeren
2. Geschiedenis
3. De archieven
3.1. Geschiedenis
0379 Familie Van Dam van Brakel
Inleiding
3. De archieven
3.1.
Geschiedenis
Het "Archief van de familie Van Dam van Brakel" bestaat in feite uit een aantal archieven: in de eerste plaats het eigenlijke archief van de familie Van Dam (van Brakel), archiefbescheiden van andere takken van het ge-slacht Van Dam, en vervolgens archieven van heerlijkheden die leden van het geslacht Van Dam hebben bezeten. Het voornaamste bestanddeel hiervan is het archief van de heerlijkheid en het huis Brakel. Immers, doordat Maria Aletta van Dam-van Wageningen eerst een gedeelte van de Brakelse goederen erfde en tenslotte alleen eigenaresse werd, verwierf zij met die bezittingen ook het archief van heerlijkheid en huis, met de daarbij zich bevindende bescheiden betreffende vroegere eigenaren der goederen. Tenslotte bevat het archief bescheiden betreffende instellingen en instanties waarvan in de loop der eeuwen de heren van Brakel resp. leden van het geslacht Van Dam lid zijn geweest.
Over de bewaring van het complex archieven is weinig bekend. De leden van het geslacht Van Dam zullen hun eigen archief (eventueel met geërfde archiefbescheiden) zelf hebben bewaard. Toen Wilhelmus van Dam van Brakel zich omstreeks 1811 op het herenhuis te Brakel vestigde, heeft hij daar naar alle waarschijnlijkheid (een deel van) het archief van heerlijkheid en huis aangetroffen. In elk geval zal hij de bescheiden hebben overgenomen van M.G. Hoffmann van Hove, zijn voorganger als rentmeester, die wegens wanbeheer was ontslagen. Hoe en waar het archief vóór die tijd werd bewaard, is niet bekend; hierover kunnen slechts veronderstellingen worden gemaakt.
Aangezien de heren/vrouwen van Brakel vóór 1800 zelden te Brakel woonden maar meestal op een van hun andere bezittingen (verscheidenen van hen oefenden ook elders overheidsfuncties uit), kunnen zij in het huis waar zij dan wèl min of meer hun vaste verblijfplaats hadden, archiefbescheiden van Brakel hebben bewaard zoals afgehoorde rekeningen. In elk geval zal elke fungerende rentmeester door hem opgemaakte en ontvangen bescheiden onder zich hebben gehad. Vaak was de rentmeester van de heer van Brakel tevens secretaris van het dorp en dijkschrijver d.w.z. secretaris van de dorpspolder, en berustten er daardoor ook archiefbescheiden van dorp en dorpspolder onder hem.
Uit gegevens in het archief blijkt, dat Isaäk Pontanus, van 1700 tot 1710 rentmeester en secretaris, op het kasteel heeft gewoond waar hij onder meer archief van het dorp en de dorpspolder onder zich had. Wegens me- ningsverschillen met Carel Pieck, destijds de heer van Brakel, over de door hem gevoerde administratie is Pontanus op 10 mei 1710 met vrouw en kinderen 's nachts gevlucht zonder dat hij verantwoording van zijn beheer had afgelegd, met medeneming van een groot aantal archiefbescheiden van dorp en dorpspolder over de jaren c. 1680 tot begin 1710. Hij is naar Amsterdam gegaan waar hem in 1714 ten verzoeke van Carel Pieck van rechtswege werd gelast de meegenomen archiefbescheiden op een neutrale plaats te deponeren.
Dit heeft Pontanus gedaan in oktober 1715 en wel bij een notaris, die er een "inventaris" van heeft opgesteld, beter gezegd, een zeer globale en niet erg nauwkeurig geschreven lijst van stukken, genummerd 1-59; bij een aantal stukken ontbreekt b.v. de vermelding van een jaar of van jaren *  . Hoewel het niet gemakkelijk is de in die lijst opgesomde stukken te identificeren kon, dank zij de er op aangebrachte nummering, worden vastgesteld dat de door Pontanus meegenomen stukken weer naar Brakel zijn teruggekeerd, althans een aantal ervan. Waar ze na hun terugkeer werden bewaard, is niet duidelijk geworden: weer op het kasteel of thuis bij de nieuwe rentmeester? De mogelijkheid blijft bestaan, dat er sedertdien weer stukken van verloren zijn gegaan.
In 1764 werd Gerrit van Everdingen, schout van Deil, tot rentmeester van Brakel aangesteld. Hij kreeg als woning het huis van de heer van Brakel te Brakel ter beschikking (welk huis dit was, is niet gebleken). Hij of zijn zoon moest daar altijd zijn om, wanneer de heer van Brakel kwam, rekenschap van zijn beheer te kunnen afleggen *  . Men mag aannemen dat Van Everdingen daar ook zijn archief zal hebben bewaard. Enige jaren later, in 1767, werd hij tevens benoemd tot secretaris en dijkschrijver van Brakel als opvolger van de overleden dijkschrijver Staets van Bijs-tervelt. Van Everdingen kreeg de opdracht de secretarie van Van Bijstervelt te ontzegelen en de boeken en papieren behorend tot het secretarie-en dijkschrijversambt te plaatsen "op onsen huyse" te Brakel *  . Mogen we uit deze formulering concluderen dat er geen archivalia van heerlijkheid en huis Brakel onder Van Bijstervelt hebben berust? Maar nogmaals zij opgemerkt, dat e
r heel weinig met zekerheid over de bewaring van het archief vóór c. 1800 valt te zeggen.
De "Staat en inventaris" is waardevol door de uitvoerige beschrijving van alle goederen en rechten van respectievelijk huis en heerlijkheid. Evenwel bestaat het vermoeden dat Van Dam zelf al niet meer precies wist welke rechten oorspronkelijk heerlijke rechten waren en welke van oudsher tot het huis behoorden. En tot de goederen van de heerlijkheid rekent hij ook allodiale goederen in de heerlijkheid gelegen. Weliswaar waren ze in het verleden gekocht door de heer van Brakel, maar daarom waren ze nog geen "heerlijke" goederen in de eigenlijke zin van het woord.
De in dit werk opgenomen inventaris is inzoverre van belang, dat hij een tamelijk gedetailleerde beschrijving bevat, voorzien van een nummering, van de omstreeks 1830 aanwezige archiefstukken. Voor een moderne inventarisatie heeft hij echter geen waarde: het is b.v. niet mogelijk met behulp van deze inventaris een zinvolle oude orde te reconstrueren waaraan men iets heeft voor een moderne inventaris. Uit de inventaris blijkt wel dat er thans stukken ontbreken die er ruim 150 jaar geleden nog waren. Zouden die soms meegenomen zijn door latere leden van het geslacht en mogelijkerwijs daarna verloren zijn gegaan? In elk geval kan wel worden aan-genomen, dat bij boedelscheidingen de nieuwe eigena(a)r(es) de op zijn/ haar goederen betrekking hebbende stukken tot zich heeft genomen. Hoe na c. 1860 leden van het geslacht Van Dam onder hen berustende archieven hebben bewaard kon niet meer worden vastgesteld. Wel zijn bij de huidige inventarisatie 19e- en 20e-eeuwse omslagen met opschri
ften aangetroffen. Deze zijn, indien enigszins mogelijk, intact gelaten.
Ook al in de tijd van Wilhelmus van Dam van Brakel ontbrak er al veel aan het archief van heerlijkheid en huis Brakel. Uit de jaren van vóór 1700 is er maar betrekkelijk weinig bewaard gebleven. Wat b.v. het goederenbeheer betreft zijn er slechts enige rekeningen uit de tweede helft van de 17e eeuw in het archief aanwezig; de grote serie rekeningen begint pas met het jaar 1769. Uit de tussenliggende tijd zijn slechts wat losse stukken bewaard gebleven. Verpachtingsstukken zijn eerst sedert c. 1700 in ruime getale aanwezig. De oudste nog aanwezige stukken uit de 14e tot 16e eeuw zijn charters (voornamelijk akten van belening). Of er (veel) archiefbescheiden verloren zijn gegaan toen het oude kasteel in 1672 werd opgeblazen, valt nu niet meer te zeggen. Het feit dat de heren van Brakel vóór c. 1810 meestal niet in Brakel woonden zoals hiervoor al opgemerkt, maar op een van hun andere bezittingen, zal aan de omvang van het archief ook geen goed hebben gedaan. Mogelijk hebben zij b
ij een bezoek aan Brakel stukken mee teruggenomen of zijn aan hen stukken toegestuurd.
De verwerving van de verschillende bestanddelen van het archief Van Dam van Brakel door het Rijksarchief in Gelderland heeft als volgt plaatsgevonden: de eerste aanwinst dateert uit 1959, toen de Oudheidkamer te Zaltbommel een lias met minuten van leenakten (1678-1701) van de leenkamer van het huis Brakel schonk. In 1961 gaf de heer D.W. van Dam van Brakel te Brakel c. 9 m archief (14e eeuw-c. 1900) in bewaring. Deze grote aanwinst werd gevolgd door enige kleinere, in 1969 en 1973, eveneens verkregen van de heer D.W. van Dam van Brakel, en in 1974 en 1977 van zijn neef de heer H.J. Scheltus, zijn rechtsopvolger (de aanwinst 1977 was een schenking).
Bij de door de heer Van Dam van Brakel na 1961 in bewaring gegeven bescheiden bevonden zich ook stukken die hij en zijn zuster Louisa op hun beurt in 1958 en 1959 hadden ontvangen van hun neef J.P.H. van Dam van Noordeloos te Scheveningen, ter bewaring "in 't archief van de heerlijkheid Brakel". Deze betroffen aangelegenheden van hun grootvader J.P.H.M.L. van Dam van Brakel (overleden in 1900), diens oudoom Jacob van Dam van Noordeloos (overleden 1872) en Wilhelmus van Dam (overleden 1803), de grootvader van Jacob *  . Van de heer G.O. van Dam jr te Bilthoven werd in 1972 ongeveer een meter archivalia in bewaring ontvangen. En tenslotte hebben de heer B.D. van Dam te Rossum en mevrouw H.G. Haitsma Mulier- Nedermeyer van Rosenthal te Heemstede in 1972 resp. 1973 nog enige stukken in bewaring gegeven.
Uit het bovenstaande blijkt, dat het eigenlijke familiearchief Van Dam van Brakel niet voortdurend op één plaats, nl. het huis Brakel, is bewaard geweest; veel stukken hebben er (waarschijnlijk) nooit of slechts heel kort hebben berust.
In een brief die Louisa van Dam in 1958 van haar hiervóór genoemde neef J.P.H. van Dam ontving schreef deze, dat hij een aantal stukken had afgestaan aan de familie Manuel (verwant aan Jean Boudet van Dam door het hu-welijk van deze met Pauline C.J. Manuel *  . Dezelfde J.P.H. van Dam deelde in 1971 in een brief aan het Rijksarchief mee, dat hij na het overlijden van zijn vader, W.J.J. van Dam van Noordeloos, in 1958 in diens boedel een "groote kist met paperassen" had aangetroffen en een aantal stukken daaruit die z.i. elders beter op hun plaats waren, aan die instanties had afgestaan. (De hiervoor vermelde stukken die hij in 1958 en 1959 had gezonden naar zijn familie in Brakel, waren eveneens uit deze kist afkomstig.)
De totale omvang van het in het Rijksarchief berustende archief van de familie Van Dam van Brakel bedraagt c. 15 m, met bovendien enige tientallen kaarten die in het kaartendepot worden bewaard. Niet onvermeld mag blijven, dat enige leden van de familie Van Dam in de 19e en 20e eeuw enige stukken die (min of meer) tot het familiearchief Van Dam van Brakel behoren, aan de gemeente Rotterdam hebben geschonken. Deze hebben een plaats gekregen in de verzameling handschriften van het gemeentearchief *  . Van deze stukken heeft de gemeentearchivaris van Rotterdam in 1986 aan het Rijksarchief in Gelderland
het rendantsexemplaar van de rekening van de heerlijkheid Brakel over 1783 afgestaan.
Tenslotte wordt de onderzoeker nog gewezen op de stukken betreffende Brakel en de geslachten Van Aeswijn en Van Mat(h)enesse in het archief van de familie Van Matenesse en de heerlijkheid Matenesse *  .
3.2. De inventarisatie
4. Bijlagen

Kenmerken

Datering:
1321-1963
Auteur:
J. den Draak, A. Houtkoop, F.F.J.M. Geraedts
 
 
 

Contact

location Westervoortsedijk 67-D
     6827 AT Arnhem
     (parkeerplaats aan de
     Mercatorweg)

E-mail Contactformulier
Telefoon  Telefoon
calender2 Openingstijden studiezaal