8628 Missive van Bertolt van Gent en Jelis Pieck aan het Hof in antwoord op een niet aanwezige. In de zaak tusschen Hohensaxen en Dirck Vijgh is men nog niet veel verder gekomen. Zij hebben ritmeester Verfoirdt gevraagd, hoe hij dacht over het restitueeren der paarden enz. Hij heeft ten antwoord gegeven niets te kunnen zeggen alvorens antwoord van Hohensaxen te hebben. (Zie brief van 30 maart No. 8615).
Zij zijn bereid naar Arnhem te komen, maar achten het gewenscht, zoo zij den Landdag moeten bijwonen, tot zoolang maar te Nijmegen te blijven. Zij ondersteunen een verzoek van de ridderschap van het Overkwartier om voorschriftelijke brieven aan den Gedeputeerden der Unie ter verkrijging van opschorting der commissie tot het ontmantelen van eenige huizen in dat Kwartier, dat in strijd zou zijn met de door Matthias gedane beloften van geen huizen te laten ontvesten zonder consent der Landschap.
Ten slotte dringen zij er op aan het regiment van IJsselstein buiten de Betuwe te houden. De huislieden bewaren dag en nacht de bedreigde dijken en watersnood zou het gevolg er van zijn, als zij die verlieten, hetgeen zij zonder twijfel zouden doen in geval van inlegering.
Zie brief van 18 mei No. 8668.
Hierbij:
1e Een extract uit een request door die van het Overkwartier op 28 maart den Prins gepresenteerd.
2e Copie der commissie van Gedeputeerden der Unie tot ontmanteling der huizen Arsen, Gessteren in den Hage, Kriekenbeeck, Horst en Blijenbeeck.
Zie br.v.e.a.h.Hof No. 3956