Jachtopziener op landgoed. De heer S. (1943) vertelt over de tijd dat hij als kleinzoon van de jachtopziener op landgoed Ampsen woonde (oral history). In de jachtopzienerswoning woonden drie generaties samen. Thema’s die aan de orde komen:
Eigenaren. De ongehuwde freule Inie woonde in een bungalow bij het kasteel. Haar broer hielp haar bij het beheer van het landgoed. Op het kasteel woonde de ongehuwde freule Van Nagell; zij had daar alleen woonrecht.
Onderhoud. Toen het vele eigen personeel te duur werd kwamen er voor het onderhoud mensen van de sociale werkvoorziening. Ging ten koste van natuurwaarden.
Verhoudingen. De jachtopzienersfamilie had goede contacten met de freules. Een van hen kwam wel koffie drinken. Moeder, die altijd dialect sprak, sprak dan zo goed mogelijk Nederlands. Voor Sinterklaas breide de freule truien etc. voor de buurkinderen. Als de freule (wel een auto, geen rijbewijs en geen eigen chauffeur) boodschappen ging doen dan kwam er iemand van een garagebedrijf om haar in haar eigen auto te rijden. In de winkels wenste ze voorrang.
Wildstand en jacht. De jacht op het landgoed werd verpacht. In het jachtseizoen kwamen er tegen betaling gastjagers. Er was een jachtplan en grootvader bereidde voor waar gejaagd mocht worden. Jongens uit de buurt waren drijvers. Moeder maakte boerenkool; de drijvers aten in de keuken en de jagers in de voorkamer. Het eten werd afgesloten met een of meer borrels. Het wild ging naar het kasteel en de drijvers kregen een konijn mee. Door overbejaging en ontwikkelingen in de landbouw ging de wildstand achteruit. De schuilplekken voor het wild verdwenen. Alleen reeën bleven.
De oom van de heer S. kweekte fazanten achter het huis en zette die uit.
Natuur. Het gebied was vroeger prachtig. De huidige eigenaar, die het landgoed erfde, heeft als doel om het landgoed kwalitatief in stand te houden en de milieukwaliteit op een hoger plan te brengen.