Menu

De chat is beschikbaar van maandag tot en met vrijdag tussen 13:00 en 16:00 uur. Is de chat offline? Bekijk onze Veelgestelde vragen of stel uw vraag via ons contactformulier.

Uw zoekacties: Gedeputeerde Staten
0039 Gedeputeerde Staten

Archieftoegang

Hier vindt u de inventaris van een archieftoegang. Hierin staat beschreven welke stukken zich in dit archief bevinden. 
 
Het nummer dat voor de titel van het archief staat is het toegangsnummer van dit archief. Het nummer dat voor de beschrijving van een stuk staat is het inventarisnummer. 
  • Bij ‘Kenmerken’ vindt u algemene informatie over dit archief
  • Bij ‘Inleiding’ vindt u achtergrondinformatie over dit archief, denk hierbij aan de openbaarheid, de archiefvormer en de oorsprong en opbouw van het archief.
  • Bij ‘Inventaris’ vindt u de lijst met beschrijvingen van stukken die zich in dit archief bevinden. 

Hoe zoekt u door een archieftoegang?

Klik op de zoekbalk links bovenin en voer uw zoekterm(en) in. Klik vervolgens op ‘zoek’.
Onder ‘Gevonden archiefstukken’ verschijnen de beschrijvingen van stukken uit dit archief waar deze term in voorkomt. Om te zien in welk deel van het archief deze stukken zitten klikt u op ‘Inventaris’. Dor telkens te klikken op het woord/de woorden die vetgedrukt worden weergegeven komt u uit bij de (met geel gemarkeerde) zoektermen. 

Welke archieftoegangen heeft het Gelders Archief?

Bekijk het Archievenoverzicht  om te zien welke archieven zich in het Gelders Archief bevinden. Deze zijn niet allemaal geïnventariseerd en beschikbaar voor inzage. Als er geen inventarislijst beschikbaar is, is dit archief helaas nog niet in te zien. 
 

 

beacon
 
 
Inleiding
1. Auteursrechten en andere rechten
2. Openbaarheid en citeren
3. Tips voor onderzoekers
4. De Gedeputeerde Staten
5. Bijlage: Trefwoordenlijst 'indices' Gedeputeerde Staten en Commissaris des Konings/Koningin 1815-1923
Erfgoedstuk
Inventaris
18. Waterstaat
N.B.


PS hadden vanaf 1814 de verantwoordelijkheid voor het beheer van de waterwerken die niet onder rijksbeheer vielen. Rijkswaterstaat beheerde alle zee- en rivierwaterkerende werken en wegen die ten laste van het rijk kwamen. Ook had deze dienst het toezicht op waterstaatswerken die in beheer waren bij andere overheden en particulieren. Wel werden in 1819 rijkswerken bij de Berkel, Harderwijk en Zutphen ten laste van de provincie gebracht en werd in 1821 het beheer van wegen van de 2e klasse bij de provincie ondergebracht. PS hielden vanaf 1814 toezicht op de polderdistricten, buitenpolders en andere waterschappen. In 1848 kreeg het provinciaal bestuur het toezicht opgedragen over alle waterstaatswerken binnen de provincie. De werkzaamheden aan de waterstaatswerken in Gelderland werden tot in 1864 hoofdzakelijk uitgevoerd door personeel van Rijkswaterstaat. In dat jaar werd Provinciale Waterstaat opgericht, dat het beheer overnam van alle waterstaatswerken, waarvan de uitvoering of het onderhoud door de provincie werd betaald (Grondwetten 1814 en 1848, PB 1865 nr. 1).

GS ontleenden verscheidene competenties aan het Rivierpolderreglement. Deze zijn onder meer te vinden in de Provinciale Bladen 1837 nr. 72, 1880 nr. 82, 1893 nr. 74 en 1934 nr. 52.

Zie ook de rubrieken 2.4, 4.4, 5.4, 7.4 en 8.5.

Zoekstrategie rubriek Waterstaat:
Rubriek 18.1 bevat in de eerste plaats specifieke informatie over de organisatie, reglementen, keuren, het bestuur en ressort van waterschappen. De andere rubrieken zijn grosso modo als volgt opgebouwd: eerst worden de gegevens per orgaan opgesomd (vaste volgorde: polderdistricten, waterschappen, buitenpolders, gemeenten); vervolgens komen de overige gegevens, in beschrijvingen die vaak niet op geografische eenheden terug te brengen zijn.
Bevindt de gezochte informatie zich niet in de voor de hand liggende rubriek, dan staan er nog een aantal zoekmogelijkheden ter beschikking:
1. de gegevens kunnen zich bevinden in rubriek 18.1. In deze rubriek zijn, naast institutionele gegevens, ook gegevens inzake beheer, technische verbetering en uitvoering ondergebracht. Dit geldt met name voor de waterschappen van De Berkel, in de Gelderse Vallei, van de Linge-uitwatering en van de Oude IJssel;
2. bezie de gewenste gegevens vanuit vogelperspectief: een duiker kan deel uitmaken van een dijk (18.3.1), gebouwd zijn bij de aanleg van een kanaal (18.2) of gemaakt zijn in een dijk die is aangelegd na een watersnoodramp (17.1). Ga na of het gezochte object, subject of de handeling deel uitmaakte van een groter geheel. Per rubriek wordt in een kopnoot verwezen naar andere rubrieken, waar zich soortgelijke gegevens kunnen bevinden;
3. de gegevens van een bepaald overheidsorgaan bevinden zich soms onder de aanduiding van de rechtsvoorganger- of opvolger of het naastgelegen orgaan (buren);
4. voor de financiering van waterstaatszaken kan men, buiten de informatie over een bepaald (soort) object of werkzaamheid in de betreffende rubriek, ook terecht in rubriek 7.4. U vindt immers in de financiële verantwoording gegevens over de uitgevoerde activiteiten terug.
5. zie voor werkverschaffing en waterstaat rubriek 25.2;
6. zie voor bescheiden betreffende de uitvoering van waterstaatswerken ook de archieven van Provinciale Waterstaat van Gelderland (toegang 0244) en Rijkswaterstaat Directie Gelderland/Directie Bovenrivieren (toegang 0108).

Wees bedacht op de terminologie: "waterschappen" is sedert de Grondwet van 1848 de algemene naam voor de lagere waterstaatsorganen. In Gelderland onderscheidt men deze blijvend in polderdistricten, met onderkomende dorpspolders, buitenpolders en (overige)waterschappen. De drie eerste categorieën vallen onder het Rivierpolderreglement, de laatste hadden eigen reglementen.
18.1. Toezicht op het bestuur en de taakuitvoering van waterschappen
N.B. De grondwetten bepaalden dat PS het toezicht op alle waterstaatswerken (1848) en waterschappen (1814) hadden. PS stelden, met goedkeuring door de koning, (wijzigingen van) de reglementen van de polderdistricten, waterschappen, veenschappen e.d. vast. Ook het oprichten en opheffen van polderdistricten etc. geschiedde door PS, met goedkeuring door de Kroon. GS bereidden in dergelijke gevallen voorstellen voor, al dan niet na initiatief van lokaal betrokkenen. Keuren, ontworpen door lagere overheidsorganen, dienden door GS te worden goedgekeurd.

Zie voor benoemingen van ambtenaren bij waterschappen vooral rubriek 5.4 . Zie voor bestuurszaken van waterschappen ook rubriek 4.4.1.

In de dossiers betreffende de afzonderlijke waterschappen bevinden zich een aantal vaste categorieën stukken. De aanwezigheid hiervan is steeds door een lettercode aangegeven.

Verklaring codenotaties:
A Reglementen, keuren, verordeningen
B 1 Oprichting, opheffing en fusie van lagere overheidsorganen, belast met de waterstaatszorg
2 organisatie, bestuur en personeel van lagere overheidsorganen, belast met de waterstaatszorg
3 wijziging van ressortgrenzen
4 overname van het beheer of eigendom van objecten door of van andere overheidsorganen en particulieren, aankoop van grond etc.
C Watersnood, ijsgang
D Rivieren, kanalen, beken en andere watergangen, watervoorziening en -lozing (afwatering)
E Dijken
F Bemaling en gemalen
G Waterstaatswerken (sluizen, duikers, kribben, overlaten, aardhalingen, aftichelen, stuwen)
H Schouwen en schieringen
I Leggers
J Overige stukken betreffende taakuitvoering. Hier onder meer polderlasten.
18.3. Rivieren, kanalen, beken, etc
N.B. GS namen geregeld het initiatief tot bevordering van de bevaarbaarheid en andere verbeteringen van (grotere) rivieren en kanalen. Ook steunden zij initiatieven van lokale overheden of particulieren op dit vlak. Het provinciaal bestuur droeg verder bestuurlijk, financieel of anderszins bij aan waterstaatkundige plannen van de rijksoverheid. Bij grensproblemen in gebieden waar grenskanalen liggen, werd GS door de rijksoverheid om advies gevraagd. De hier beschreven niet-bevaarbare en niet-vlotbare wateren hebben veelal een natuurlijke oorsprong, bijvoorbeeld Dortherbeek, de Slink, Bredevoortse beek, Whemerbeek, Modderbeek, Voorstondse beek en Oekense beek.

Zie voor kleine en middelgrote kunstmatige watergangen, zoals weteringen en sloten en enkele beken rubrieken 18.1 en 18.6.
0039 Gedeputeerde Staten
Inventaris
18. Waterstaat
N.B.


18.3.
Rivieren, kanalen, beken, etc
N.B. GS namen geregeld het initiatief tot bevordering van de bevaarbaarheid en andere verbeteringen van (grotere) rivieren en kanalen. Ook steunden zij initiatieven van lokale overheden of particulieren op dit vlak. Het provinciaal bestuur droeg verder bestuurlijk, financieel of anderszins bij aan waterstaatkundige plannen van de rijksoverheid. Bij grensproblemen in gebieden waar grenskanalen liggen, werd GS door de rijksoverheid om advies gevraagd. De hier beschreven niet-bevaarbare en niet-vlotbare wateren hebben veelal een natuurlijke oorsprong, bijvoorbeeld Dortherbeek, de Slink, Bredevoortse beek, Whemerbeek, Modderbeek, Voorstondse beek en Oekense beek.

Zie voor kleine en middelgrote kunstmatige watergangen, zoals weteringen en sloten en enkele beken rubrieken 18.1 en 18.6.
23. Jacht en visserij
N.B. De Jachtwetten in de 19e eeuw regelden zowel jacht- als visserijzaken. Volgens de Jachtwet S. 1814 nr. 79 (1814-1852) was het oppertoezicht over de jacht en de visserij opgedragen aan de opperhoutvester en aan hem ondergeschikte houtvesters, die aan het hoofd stonden van jachtdistricten. De rol van het provinciaal bestuur op het gebied van de jacht en visserij was beperkt, veelal adviserend en in een enkel geval beslissend, bijvoorbeeld de bepaling van de afstand waarbinnen mocht worden gejaagd bij een eendenkooi. De organisatie van houtvesterijen werd in 1852 opgeheven, waardoor het provinciaal bestuur meer invloed kreeg. Volgens de Jachtwet S. 1857 nr. 87 (1857-1923) bepaalden GS jaarlijks het tijdstip van de opening en de sluiting van de jacht en de visserij. De CdK maakte het besluit bekend. Eigenaren van eendenkooien en duiventillen dienden jaarlijks hun kooien en tillen bij de CdK te laten registreren. GS adviseerden de regering bij de behandeling van een aanvraag voor de
oprichting van eendenkooien en duiventillen. GS droegen, samen met hun collega's uit Overijssel en Utrecht, een kandidaat voor het College voor de Zeevisserijen. GS gaven toestemming aan gemeenten om rechtsgedingen aan te gaan inzake geschillen over vis- en jachtrechten. De CdK gaf jachtakten af. PS stelden een jacht- en visserijreglement vast, dat onder meer de jacht op grofwild en het te gebruiken vistuig regelde.

Met de Jachtwet S. 1923 nr. 331 (1924-1954) verminderde de rol van het provinciaal bestuur op het gebied van de jacht enigszins. Zo werd de opening en sluiting van de jacht door de minister van Landbouw bepaald, gehoord GS. Zie ook rubriek 6.
27. Aanhangsel. Stukken betreffende controle en vaststelling van gemeenterekeningen en van rekeningen van comptabele functionarissen van vóór 1814
N.B. Bij de ineenstorting van het Franse bestuur in november 1813 waren veel rekeningen en begrotingen van gemeenten (communes) nog niet door de bevoegde instanties gecontroleerd en vastgesteld. Deze achterstand werd tussen 1814 en 1825 weggewerkt. In de voormalige arrondissementen (vanaf 1814 kwartieren) werden Commissarissen-speciaal voor het opnemen der gemeenterekeningen van voor 1814 aangewezen, die gewoonlijk het eigenlijke controlewerk uitvoerden. In het arrondissement Tiel lijkt de kwartierscommissaris zelf als zodanig te hebben gefunctioneerd. De vaststelling van de rekeningen geschiedde aanvankelijk meestal door de Gouverneur, vanaf 1819 meest door GS. In een enkel geval is een rekening door de Rekenkamer in Den Haag vastgesteld.

De stukken zijn bij de inventarisatie van de Bataafs-Franse archieven (toegang 16) afgezonderd. Strikt genomen horen ze deels tot het archief van de Gouverneur, deels tot dat van GS. Uit praktische overwegingen is de collectie hier bij elkaar gehouden. De stukken zijn ingedeeld naar de oude orde: naar departement en arrondissement (gebiedsindeling van de Franse departementen Boven-IJssel en Monden van de Rijn; zie toegang Bataafs-Franse archieven, deel IV, p. 1809). Binnen de arrondissementen gaan de steden voorop, gevolgd door de plattelandsgemeenten. Aan de collectie is een aantal eveneens uit de Bataafs-Franse archieven bij inventarisatie afgezonderde rekeningen van comptabele functionarissen die ook na 1813 zijn afgehoord, toegevoegd, met enkele losse stukken.

Kenmerken

Datering:
(1556) 1814-1950 (1971)
Auteur:
Rijksarchief in Gelderland
Categorie:
  • Zonder categorie
 
 
 

Contact

location Westervoortsedijk 67-D
     6827 AT Arnhem
     (parkeerplaats aan de
     Mercatorweg)

E-mail Contactformulier
Telefoon  Telefoon
calender2 Openingstijden studiezaal