2065
Landgoed Presikhaaf
Inleiding
1.3 Geschiedenis van de archiefvormer
2065 Landgoed Presikhaaf
Inleiding
1.3
Geschiedenis van de archiefvormer
laatste wijziging 30-06-2020
In het algemeen wordt het landgoed Presikhaaf aangemerkt als het oudste aanzienlijke buitenverblijf in de omgeving van Arnhem.
Het heeft gelegen binnen het schependom Arnhem ter hoogte van de samenvloeiing van IJssel en Rijn. De oostgrens van het park werd gevormd door de grens van het schependom Arnhem, de zuidgrens door het Arnhemse en Velperbroek. Ten noorden werd het begrensd door het perceel grond, genaamd Jan Rennen Enck of Rennen Enck, ten Westen liep het tot en met de schaapsdrift die loopt langs de beek die ook wel Schaapsdrift wordt genoemd.
Daarnaast hadden de heren van Presikhaaf tiendrechten te Essen in het kerspel Garderen op de Veluwe en leenrechten op verschillende percelen in het Arnhemse Broek, Velp en het ambt Rheden.
Uit de stukken blijkt dat het goed Presikhaaf leenplichtig was aan de heer van Hemmen, dat in rijksleen werd gehouden en wel naar Zutphense leenrechten; tot het overging in handen van Arnold van Dans, die het in 1646 vrijkocht van die leenplicht. In tegenstelling tot zijn voorgangers die wegens geldgebrek het goed of gedeelten daarvan nog al eens hebben verpand, heeft van Dans als heer van Presikhaaf en ook daarvoor het goed vermeerderd met hofsteden, velden en weiden en heeft hij ontginning van heidevelden die aan de rand van de Veluwe veel voorkwamen, aangepakt. Deze indruk wekken althans de stukken, die daartegenover echter geenszins volledig zullen zijn.
In 1930 is de gemeente Arnhem eigenaar geworden van het goed door aankoop.
In 1315 wordt het goed vermeld als Presinckhof, hetgeen volgens A. Markus op een eigenaar Presinck zou wijzen; volgens A.J.C. Kremer evenwel zou het in een lijst uit de 12e eeuw van de bezittingen van het klooster Werden vermeld staan en in de 13e eeuw na verkoop van het goed niet meer; Presik zou in Westfalen ook proost betekenen en Presikhaaf dus hof van de proost.
Het heeft gelegen binnen het schependom Arnhem ter hoogte van de samenvloeiing van IJssel en Rijn. De oostgrens van het park werd gevormd door de grens van het schependom Arnhem, de zuidgrens door het Arnhemse en Velperbroek. Ten noorden werd het begrensd door het perceel grond, genaamd Jan Rennen Enck of Rennen Enck, ten Westen liep het tot en met de schaapsdrift die loopt langs de beek die ook wel Schaapsdrift wordt genoemd.
Daarnaast hadden de heren van Presikhaaf tiendrechten te Essen in het kerspel Garderen op de Veluwe en leenrechten op verschillende percelen in het Arnhemse Broek, Velp en het ambt Rheden.
Uit de stukken blijkt dat het goed Presikhaaf leenplichtig was aan de heer van Hemmen, dat in rijksleen werd gehouden en wel naar Zutphense leenrechten; tot het overging in handen van Arnold van Dans, die het in 1646 vrijkocht van die leenplicht. In tegenstelling tot zijn voorgangers die wegens geldgebrek het goed of gedeelten daarvan nog al eens hebben verpand, heeft van Dans als heer van Presikhaaf en ook daarvoor het goed vermeerderd met hofsteden, velden en weiden en heeft hij ontginning van heidevelden die aan de rand van de Veluwe veel voorkwamen, aangepakt. Deze indruk wekken althans de stukken, die daartegenover echter geenszins volledig zullen zijn.
In 1930 is de gemeente Arnhem eigenaar geworden van het goed door aankoop.
In 1315 wordt het goed vermeld als Presinckhof, hetgeen volgens A. Markus op een eigenaar Presinck zou wijzen; volgens A.J.C. Kremer evenwel zou het in een lijst uit de 12e eeuw van de bezittingen van het klooster Werden vermeld staan en in de 13e eeuw na verkoop van het goed niet meer; Presik zou in Westfalen ook proost betekenen en Presikhaaf dus hof van de proost.
Het ligt voor de hand uit de korenrenten, waarop de Nederlands Hervormde gemeente te Arnhem uit Presikhaaf recht had, te concluderen dat deze ontstaan zijn uit de bijdragen voor een vicarie vóór de tijd van de reformatie. Welke evenwel de vicarie of vicarieën van Presikhaaf geweest zijn heb ik noch uit de stukken, noch uit W. Wynaendts van Resandt 's boek De Vicarieën in Gelderland, noch uit stukken dienaangaande in het gemeentearchief van Arnhem kunnen opmaken. Waarom zoveel stukken betreffende zoveel verschillende vicarieën in het archief van Presikhaaf gevonden zijn, is niet duidelijk.
Wat de topografie betreft van de verschillende gronden, weiden en hofsteden waarover sprake is in de stukken, doet zich de moeilijkheid voor dat veel percelen en boerderijen in de loop der tijden herhaaldelijk van naam gewisseld zijn en het betreffende perceel dus niet gelokaliseerd kan worden. Ir. F.M. Maas te Arnhem die bezig is aan een promotie over de oude staat van de landgoederen aan de Veluwezoom en de begroeiing aldaar ben ik veel dank verschuldigd voor zijn aanwijzingen in deze. De Latijnse oorkonden zijn behandeld door mr. K. Schaap, gemeentearchivaris van Arnhem.
De stukken werden aangetroffen in chronologische volgorde. Het aantal stukken dat onder het hoofd 'stukken waarvan het verband met het archief niet duidelijk is', moest geordend worden, is nogal groot. De grote hoeveelheid stukken betreffende vicarieën is waarschijnlijk op Presikhaaf gekomen doordat een van de heren als lid van de stedelijke magistraat of als rechter van Arnhem en de Veluwezoom tot taak heeft gehad zich deze zaken na de reformatie aan te trekken, maar wie dit geweest is, is ook uit de stukken in het gemeentearchief van Arnhem niet op te maken.
Regesten zijn van stukken gemaakt, ouder dan 1543, toen Gelre bij het tractaat van Venlo aan Karel V kwam.
Wat de topografie betreft van de verschillende gronden, weiden en hofsteden waarover sprake is in de stukken, doet zich de moeilijkheid voor dat veel percelen en boerderijen in de loop der tijden herhaaldelijk van naam gewisseld zijn en het betreffende perceel dus niet gelokaliseerd kan worden. Ir. F.M. Maas te Arnhem die bezig is aan een promotie over de oude staat van de landgoederen aan de Veluwezoom en de begroeiing aldaar ben ik veel dank verschuldigd voor zijn aanwijzingen in deze. De Latijnse oorkonden zijn behandeld door mr. K. Schaap, gemeentearchivaris van Arnhem.
De stukken werden aangetroffen in chronologische volgorde. Het aantal stukken dat onder het hoofd 'stukken waarvan het verband met het archief niet duidelijk is', moest geordend worden, is nogal groot. De grote hoeveelheid stukken betreffende vicarieën is waarschijnlijk op Presikhaaf gekomen doordat een van de heren als lid van de stedelijke magistraat of als rechter van Arnhem en de Veluwezoom tot taak heeft gehad zich deze zaken na de reformatie aan te trekken, maar wie dit geweest is, is ook uit de stukken in het gemeentearchief van Arnhem niet op te maken.
Regesten zijn van stukken gemaakt, ouder dan 1543, toen Gelre bij het tractaat van Venlo aan Karel V kwam.
laatste wijziging 05-01-2024
124 beschreven archiefstukken
28 gedigitaliseerd
totaal 291 bestanden
Inventaris
laatste wijziging 05-01-2024
124 beschreven archiefstukken
28 gedigitaliseerd
totaal 291 bestanden
Kenmerken
laatste wijziging 05-01-2024
124 beschreven archiefstukken
28 gedigitaliseerd
totaal 291 bestanden