1914
Polder De Duist
Inleiding
4. De uitwatering naar de Eem
1914 Polder De Duist
Inleiding
4.
De uitwatering naar de Eem
laatste wijziging 17-12-2014
Oorspronkelijk moeten alle gronden in de Boven- en Neer Duist het water in westelijke richting hebben geloosd, want in de oorkonde van bisschop Rudolf van Diepholt van 12 juni 1452 is nog sprake van de gemene geërfden van de (gehele) Duist, die toen een overeenkomst sloten om de Duister wetering naar de Eem te verbreden tot 14 voet tot aan de Kronckel, en van daar af tot in de Eem de wijdte te houden 'naeden ouden veenwal in de Eem toe'. De wetering en de uitwateringssluis zouden zo verder worden onderhouden onder de schouw - vier maal per jaar - van de schepenen van De Duist * .
De onderhoudplicht voor de sluis rustte blijkens een gerechtsoorkonde van De Duist en De Haar uit 1531 toen op een aangrenzend stuk land (groot 12 dammaten), dat oorspronkelijk eigendom was van de geërfden van De Duist * . Later werd dat land echter verkocht, zodat de 'Jan Dommenssluis' toen moest worden onderhouden door een particuliere eigenaar, tot de onderhoudplicht in 1929 werd overgenomen door het hoogheemraadschap van de Bunschoter Veen- en Veldendijk, dat de sluis in het daaropvolgende jaar liet dichtmaken * . Over de onderhoudplicht was van 1765 tot 1771 langdurig geprocedeerd * .
Tot 1612 rustte de onderhoudplicht voor de hele Neerduisterwetering - die liep vanaf de grens met De Nieuwelanden langs de oostzijde van de Bunschoter Neerweg tot de grens met het gerecht Bunschoten en de tochtsloot van De Duist daarlangs, onder de Haarse brug door tot in de Eem - op de geërfden van De Duist. In dat jaar sloten zij evenwel een overeenkomst met de geërfden van De Nieuwelanden, waarbij die het recht verkregen op de wetering te lozen * .
Tot die tijd toe hadden De Nieuwelanden geen waterlozing. Als tegenprestatie namen de geërfden o.a. op zich de onderhoudplicht voor de Lange wetering, d.w.z. het gedeelte tussen de Haarse brug en de Jan Dommensluis, en de aanleg en het onderhoud van een duiker naast de Jan Dommenssluis (dit laatste werd in 1616 afgekocht * ). Voor het onderhoud van de Lange wetering werd tot 1696 omslag uitgezet door de heemraden van Het Nieuweland, die sinds 1612 functioneerden. Daarna werd de wetering verhoefslaagd, waarbij iedere morgen in Het Nieuweland onderhoudplichtig werd gemaakt voor zeven roeden * .
De schouw over de gehele wetering werd overeenkomstig de regeling van 1452 gevoerd door schout en gerecht en later het gemeentebestuur van Duist, De Haar en Zevenhuizen. Deze schouw strekte zich dus ook uit over het gedeelte van de wetering langs de Bunschoter Neerweg, dat moest worden onderhouden door de aangelande geërfden of hun pachters in de Neer Duist * .
laatste wijziging 21-01-2021
202 beschreven archiefstukken
Inventaris
laatste wijziging 21-01-2021
202 beschreven archiefstukken
Kenmerken
Datering:
1639-1882
Auteur:
M. Mijnssen-Dutilh
laatste wijziging 21-01-2021
202 beschreven archiefstukken