- N. Backmund, Monasticon Praemonstratense. Straubing 1949-1956, drie dln. (deel II bevat op pag. 304 uitgebreidere literatuuropgave)
- H. van Bavel, 'Het archief van Mariënweerd naar de dochterabdij Berne'. Nederlands Archievenblad LXXIII (1969), p. 91-92
- R.F.P. Beaufort, 'De abdij Mariënweerd'. Gelre, Bijdragen en mededelingen LVI (1957), p.179-197
- A.C. Bouman, 'Over de oudste oorkonden voor de abdij Mariënweerd'. Bijdragen voor Vaderlandsche Geschiedenis en Oudheidkunde, vijfde reeks, VII (1920), p.273-293
- C.J.D. Brandt, 'Over de oudste oorkonden der abdij Mariënweerd'. Bijdragen voor Vaderlandsche Geschiedenis en Oudheidkunde, zevende reeks, V (1935), p.223-232
- J. de Fremery, De abten van Mariënweerd. Den Haag 1888
- Idem, Cartularium der abdij Mariënweerd. Den Haag 1890
- W. Hoevenaars, 'Eene kleine bijdrage uit het archief van Berne tot de geschiedenis der abdij van Mariënweerd'. Archief voor de Geschiedenis van het Aartsbisdom Utrecht, XV (1887), p.239-266
- Idem, 'De abten van Mariënweerd'. AAU, XIX (1892), p.454-462
- Idem, 'Briefwisseling over het aankoopen der overblijfselen van het Mariënweerdsch archief'. AAU, XXI (1894), p.194-206

- Idem, 'Bijdragen tot de geschiedenis van de Abdij van Mariënweerd'. AAU, XXI (1894), p.185-193; XXII (1895), p.236-312, 331-312, 331-374; XXIII (1896), p.282-369; XXIV (1897), p. 86-137, 345-398; XXV (1898), p. 74-133, 207-245; XXX (1904), p.161-225
- P. Leendertz jr., 'Het Zutfensch-Groningsche handschrift'. Tijdschrift voor Nederlandsche Taal- en Letterkunde, XIV (1895), p.265-283; XV (1896), p. 81-99, 270-276; XVI (1897), p. 25-43, 129-141
- A.J. Maris, De reformatie der geestelijke en kerkelijke goederen in Gelderland. Den Haag 1939 (p.214-228)
- Eadem, '0ver het archief van de voormalige Abdij Sint Mariënweerd bij Beesd'. Nederlands Archievenblad LXXIV (1970), p.201-209
- O. Oppermann, 'Bijdragen tot de kritiek der oudste oorkonden van de Abdij Mariënweerd'. BVGO, zevende reeks, VI (1935), p.205-226
- R.C.H. Römer, 'De Abdij van Mariënweerd'. Nederlandsch Archief voor Kerkelijke Geschiedenis (Kist en Royaards), V (1845), p.147-227
- Idem, 'De Abdij van Mariënweerd en het klooster Zennewijnen'. Nederlandsch Archief voor Kerkelijke Geschiedenis VIII (1848), p.170-180
- A. Voet van Oudheusden, Historische Beschryving van Culemborg. Utrecht 1753 (zie index aldaar)