0095
Tiendarchivalia
Inleiding
3. Bijlage
3.1. Brief van de minister van Binnenlandse Zaken aan de voormalige Tiendgerechtigden
0095 Tiendarchivalia
Inleiding
3. Bijlage
3.1.
Brief van de minister van Binnenlandse Zaken aan de voormalige Tiendgerechtigden
laatste wijziging 03-03-2011
Omtrent de geldigheid, den aard en den omvang van Uw met 1 Januari 1909 vervallen tiendrecht is thans door de tiendcommissie een besluit genomen. De kaarten en papieren, waarop Gij Uw tiendrecht hebt gesteund, zoowel die, welke door U aan de tiendcommissie zijn overgelegd en die U tegelijk met dit schrijven worden toegezonden, als andere, die wellicht nog onder U berustende zijn, zullen allen of voor het meerendeel wel voor U waardeloos worden, zoodra de uitvoering der wet met betrekking tot het tiendrecht geheel is afgewikkeld. Echter blijven zij voor de geschiedenis hunne waarden behouden, en het zou daarom zeer te betreuren zijn, zoo zij teloor gingen, hetgeen toch onvermijdelijk het geval zal zijn, wanneer zij blijven berusten onder personen of lichamen, die bij hunne bewaring niet langer belang hebben.
Het is op dien grond, dat ik de eer heb U uit te noodigen de bovengenoemde kaarten en papieren, voor zoover zij voor U van geen praktisch belang zijn te zijner tijd te willen opzenden aan het Rijksarchief in de provincie, waarin Uwe voormalige tienden gelegen zijn, of zoo zij in de Provincie Zuid-Holland gelegen waren, aan het Algemeen Rijksarchief te 's-Gravenhage, met machtiging om ze hetzij in het voornoemd Rijksarchief, hetzij in een ander doelmatig ingericht archief-depôt, waar de stukken meer eigenaardig zullen blijken tehuis te behooren, te plaatsen. Zoora de stukken van U ontvangen en over hunne plaatsing definitief beslist zal zijn, zal de Rijksarchivaris er U reçu van doen toekomen.
Het zal U bekend zijn, dat de stukken, eens in een Rijksarchief geplaatst, door U te allen tijde kosteloos geraadpleegd kunnen worden, terwijl geene stukken aan een ander archief-depôt zullen worden overgedragen, zonder dat dezelfde voorwaarde zal worden bedongen, zoodat Gij en Uwe erven, ook al draagt Gij den eigendom dier stukken over, er toch altijd inzage en afschrift van kunt nemen, als zulks gewenscht mocht blijken te zijn. Trouwens Gij kunt ook volstaan met de stukken alleen aan het archief in bewaring te geven en er den eigendom van voor U zelf te behouden, zoo Gij dat bij de opzending slechts aan den Rijksarchivaris mededeelt. De kosten van verzending der stukken zullen U desverlangd door den Rijksarchivaris worden vergoed. Mocht er bij U twijfel bestaan of eenig stuk al of niet waardeloos voor U geworden is, dan is de Rijksarchivaris bereid U daaromtrent van advies te dienen.
Ook de hiervoor gemaakte verzendingskosten zullen U door dien ambtenaar worden vergoed.
Mocht U er in hebben bewilligd, dat de stukken bij de tiendcommissie blijven berusten, of wel ze weder aan deze commissie hebben gezonden, nadat zij van haar waren terugontvangen, zoo zoude door U ook de Tiendcommissie kunnen worden gemachtigd om, ná de volledige afwikkeling van het tiendrecht de stukken naar het Rijksarchief op te zenden, in welk geval U van de ontvangst door tusschenkomst der Commissie reçu zal worden uitgereikt.
laatste wijziging 05-01-2024
306 beschreven archiefstukken
72 gedigitaliseerd
totaal 1.480 bestanden
Inventaris
laatste wijziging 05-01-2024
306 beschreven archiefstukken
72 gedigitaliseerd
totaal 1.480 bestanden
Kenmerken
Datering:
1616-1915
Auteur:
G. Ribbers, P.D. Keijmel, H.J.A.H.G. Metselaars
Categorie:
laatste wijziging 05-01-2024
306 beschreven archiefstukken
72 gedigitaliseerd
totaal 1.480 bestanden