0012
Gelderse Rekenkamer
Inleiding
laatste wijziging 06-04-2024
9.793 beschreven archiefstukken
7.475 gedigitaliseerd
totaal 697.197 bestanden
Inventaris
Tweede afdeeling. Onderdeelen van het domeinbeheer (uitgezonderd rekeningen en bijlagen)
C. Beheer van de rivieren
N.B. De groote stroomen behoorden tot het landsheerlijk domein. Op dit feit berustte de tolheffing en voorts ook het recht op middenin de rivieren opkomende zandplaten. Een afzonderlijk rentambt is voor dit domein uiteraard nooit ingesteld, doch de bemoeienissen van de Rekenkamer zelve met verschillende desbetreffende aangelegenheden geven er aanleiding toe, een aantal stukken, die op de rivieren betrekking hebben, in een afzonderlijke afdeeling van den inventaris te vereenigen. De stukken betreffende de tolheffing zal men in een andere afdeeling vinden, waar ook o. m. beschreven zijn die betreffende de lijnpaden, waarvan het onderhoud aan de tolheffing ten goede kwam. Ten behoeve van de tolheffing had de Rekenkamer belang bij de bevaarbaarheid der rivieren, doch vóór ongeveer het midden der 17de eeuw werd aan de zorg daarvoor weinig aandacht besteed. Integendeel stond de aanwinning van land uit de bovengenoemde zandplaten of middelzanden met behulp van kribben zoozeer op den voorgrond, dat de bevaarbaarheid der rivieren weleens ernstig werd geschaad.
N.B. De groote stroomen behoorden tot het landsheerlijk domein. Op dit feit berustte de tolheffing en voorts ook het recht op middenin de rivieren opkomende zandplaten. Een afzonderlijk rentambt is voor dit domein uiteraard nooit ingesteld, doch de bemoeienissen van de Rekenkamer zelve met verschillende desbetreffende aangelegenheden geven er aanleiding toe, een aantal stukken, die op de rivieren betrekking hebben, in een afzonderlijke afdeeling van den inventaris te vereenigen. De stukken betreffende de tolheffing zal men in een andere afdeeling vinden, waar ook o. m. beschreven zijn die betreffende de lijnpaden, waarvan het onderhoud aan de tolheffing ten goede kwam. Ten behoeve van de tolheffing had de Rekenkamer belang bij de bevaarbaarheid der rivieren, doch vóór ongeveer het midden der 17de eeuw werd aan de zorg daarvoor weinig aandacht besteed. Integendeel stond de aanwinning van land uit de bovengenoemde zandplaten of middelzanden met behulp van kribben zoozeer op den voorgrond, dat de bevaarbaarheid der rivieren weleens ernstig werd geschaad.
Het z.g. bevaren van die zanden behoorde van ouds tot de taak der landsheerlijke officieren, doch zoodra zij productief geworden waren, deelde de Rekenkamer ze bij een rentambt in. Hetzelfde geldt van de aanwassen tegen de rivieroevers, waarop de Rekenkamer alleen daar, waar het domein aan de rivier grensde, recht kon laten gelden. De geregelde inspecties van de rivieren hadden aanvankelijk op die aanwassen en middelzanden betrekking, in de 17de eeuw daarnaast echter in toenemende mate op de zorg voor de bevaarbaarheid. In de 18de eeuw werd het aanwinnen van middelzanden gestaakt: in het belang van de veel meer opbrengende tollen werd juist getracht, de rivieren er van te bevrijden. Aan andere rechthebbenden op aanwassen werd belet, voor de scheepvaart hinderlijke kribben aan te leggen. Een belangrijk feit in de geschiedenis van het in bevaarbaren staat houden van de groote stroomen is de oprichting in 1705 van het College tot de beneficieering van Nederrijn en IJsel. (Zie 0011 College tot de Beneficiëring van Neder-Rijn en IJssel ) Dit college is door Gelderland, Holland en Utrecht ingesteld om Rijn en IJsel bevaarbaar te houden en niet al het water langs de Waal te laten afloopen. De Rekenkamer verleende er een subsidie aan, dat door den landrentmeester-generaal werd uitbetaald. Omtrent plannen met hetzelfde doel vóór de oprichting van het college vindt men stukken in deze afdeeling. Daar de uitvoering van verschillende rivierwerken ten laste van het landrentambt-generaal werd gebracht, zijn ook onder de rekeningen en andere stukken betreffende dat rentambt gegevens omtrent de rivieren te vinden.
Stukken betreffende plannen tot verbetering van den waterafvoer langs de rivieren vóór de oprichting van het interprovinciale College tot de beneficieering van Nederrijn en IJsel, 1654-1705.
N.B. De meeste hier beschreven stukken zijn door NIJHOFF gevonden in het archief van de Rekenkamer, door hem onder het hoofd "rivieren" 4, litterae a-I, beschreven, doch daarna niet in den inventaris van dit archief opgenomen, omdat hij ze beter geplaatst achtte in het archief van het College tot de beneficieering. Bij de inventarisatie van het laatstgenoemde archief in 1915 zijn zij naar dat van de Rekenkamer teruggebracht.
N.B. De meeste hier beschreven stukken zijn door NIJHOFF gevonden in het archief van de Rekenkamer, door hem onder het hoofd "rivieren" 4, litterae a-I, beschreven, doch daarna niet in den inventaris van dit archief opgenomen, omdat hij ze beter geplaatst achtte in het archief van het College tot de beneficieering. Bij de inventarisatie van het laatstgenoemde archief in 1915 zijn zij naar dat van de Rekenkamer teruggebracht.
684-0001 Caarte van de rivieren den Bovenrhijn van Embrick tot Schenkenschans en vandaer de Wael een uyr beneedewaerts tot de rigter Vermeer, gelijck oock den Nederrijn voorbij het Tolhuys tot aen den Houtbergh, 16 maart 1697
0012 Gelderse Rekenkamer
Inventaris
Tweede afdeeling. Onderdeelen van het domeinbeheer (uitgezonderd rekeningen en bijlagen)
C. Beheer van de rivieren
N.B. De groote stroomen behoorden tot het landsheerlijk domein. Op dit feit berustte de tolheffing en voorts ook het recht op middenin de rivieren opkomende zandplaten. Een afzonderlijk rentambt is voor dit domein uiteraard nooit ingesteld, doch de bemoeienissen van de Rekenkamer zelve met verschillende desbetreffende aangelegenheden geven er aanleiding toe, een aantal stukken, die op de rivieren betrekking hebben, in een afzonderlijke afdeeling van den inventaris te vereenigen. De stukken betreffende de tolheffing zal men in een andere afdeeling vinden, waar ook o. m. beschreven zijn die betreffende de lijnpaden, waarvan het onderhoud aan de tolheffing ten goede kwam. Ten behoeve van de tolheffing had de Rekenkamer belang bij de bevaarbaarheid der rivieren, doch vóór ongeveer het midden der 17de eeuw werd aan de zorg daarvoor weinig aandacht besteed. Integendeel stond de aanwinning van land uit de bovengenoemde zandplaten of middelzanden met behulp van kribben zoozeer op den voorgrond, dat de bevaarbaarheid der rivieren weleens ernstig werd geschaad.
Stukken betreffende plannen tot verbetering van den waterafvoer langs de rivieren vóór de oprichting van het interprovinciale College tot de beneficieering van Nederrijn en IJsel, 1654-1705.
N.B. De meeste hier beschreven stukken zijn door NIJHOFF gevonden in het archief van de Rekenkamer, door hem onder het hoofd "rivieren" 4, litterae a-I, beschreven, doch daarna niet in den inventaris van dit archief opgenomen, omdat hij ze beter geplaatst achtte in het archief van het College tot de beneficieering. Bij de inventarisatie van het laatstgenoemde archief in 1915 zijn zij naar dat van de Rekenkamer teruggebracht.
N.B. De groote stroomen behoorden tot het landsheerlijk domein. Op dit feit berustte de tolheffing en voorts ook het recht op middenin de rivieren opkomende zandplaten. Een afzonderlijk rentambt is voor dit domein uiteraard nooit ingesteld, doch de bemoeienissen van de Rekenkamer zelve met verschillende desbetreffende aangelegenheden geven er aanleiding toe, een aantal stukken, die op de rivieren betrekking hebben, in een afzonderlijke afdeeling van den inventaris te vereenigen. De stukken betreffende de tolheffing zal men in een andere afdeeling vinden, waar ook o. m. beschreven zijn die betreffende de lijnpaden, waarvan het onderhoud aan de tolheffing ten goede kwam. Ten behoeve van de tolheffing had de Rekenkamer belang bij de bevaarbaarheid der rivieren, doch vóór ongeveer het midden der 17de eeuw werd aan de zorg daarvoor weinig aandacht besteed. Integendeel stond de aanwinning van land uit de bovengenoemde zandplaten of middelzanden met behulp van kribben zoozeer op den voorgrond, dat de bevaarbaarheid der rivieren weleens ernstig werd geschaad.
Stukken betreffende plannen tot verbetering van den waterafvoer langs de rivieren vóór de oprichting van het interprovinciale College tot de beneficieering van Nederrijn en IJsel, 1654-1705.
N.B. De meeste hier beschreven stukken zijn door NIJHOFF gevonden in het archief van de Rekenkamer, door hem onder het hoofd "rivieren" 4, litterae a-I, beschreven, doch daarna niet in den inventaris van dit archief opgenomen, omdat hij ze beter geplaatst achtte in het archief van het College tot de beneficieering. Bij de inventarisatie van het laatstgenoemde archief in 1915 zijn zij naar dat van de Rekenkamer teruggebracht.
684-0001
Caarte van de rivieren den Bovenrhijn van Embrick tot Schenkenschans en vandaer de Wael een uyr beneedewaerts tot de rigter Vermeer, gelijck oock den Nederrijn voorbij het Tolhuys tot aen den Houtbergh, 16 maart 1697
Datering:
16 maart 1697
Titel:
Caarte van de rivieren den Bovenrhijn van Embrick tot Schenkenschans en vandaer de Wael een uyr beneedewaerts tot de rigter Vermeer, gelijck oock den Nederrijn voorbij het Tolhuys tot aen den Houtbergh
Maker:
G. Passavant
Plaats:
Rijn en Waal bij Schenkenschans en Pannerden
Plaats van uitgave:
's-Gravenhage
Techniek:
Handschrift, gekleurd
Math. gegevens:
[Schaal ca. 1:10.000]
Drager:
Perkament
Vorm:
1 kaart
Afmeting:
73 x 175 cm op blad 74 x 176 cm
Annotatie:
Het zuiden boven. 600 Rijnlandse roeden voor de kaart= 224 cm. 85 Rijnlandse roeden voor het dwarsprofiel van de doorsnijding= 294 cm. Volgens de uitgebreide toelichting is deze kaart een met spoed vervaardigde kopie op last van de Raad van State uit oudere kaarten: ten eerste een originele kaart vervaardigd door Passavant op 20 april 1696 in opdracht van de Raad van State en ten tweede een kaart gemaakt te Arnhem op 20 oktober 1696 door G. Passavant en Hendrik van Linden. G. Passavant was ordinaris ingenieur ten dienst van de Lande. Op achterzijde: titelgegevens en No. 1
Signatuur:
0012 Gelderse Rekenkamer 684
Verwijzing:
Zie ook 0012 Gelderse Rekenkamer inv.nr. 1945
Uitleg auteursrechten:
Op dit werk rusten geen auteursrechten meer. U mag het werk zonder toestemming kopiëren, distribueren, vertonen, opvoeren, wijzigen of van het werk afgeleid materiaal maken alsmede gebruiken voor commerciële doeleinden. Public Domain Mark 1.0 licentie Disclaimer
Het Gelders Archief stelt een bronvermelding op prijs: Gelders Archief: [toegangsnummer] - [inventarisnummer], [indien bekend: naam maker/fotograaf], Public Domain Mark 1.0 licentie.
Het Gelders Archief stelt een bronvermelding op prijs: Gelders Archief: [toegangsnummer] - [inventarisnummer], [indien bekend: naam maker/fotograaf], Public Domain Mark 1.0 licentie.
Zie ook:
laatste wijziging 15-06-2018
1 gedigitaliseerd
laatste wijziging 06-04-2024
9.793 beschreven archiefstukken
7.475 gedigitaliseerd
totaal 697.197 bestanden
Kenmerken
laatste wijziging 06-04-2024
9.793 beschreven archiefstukken
7.475 gedigitaliseerd
totaal 697.197 bestanden