1707 Gelderse Landdagsrecessen 1581-1798
Inventaris
1583
Landdag 26 november - 13 december 1583 te Arnhem. Tijdrekening: oude stijl (zie Inleiding, paragraaf 2.5, tijdrekening).
28 november
216 Besluit om prins Willem van Oranje per brief te verzoeken zes vendels Engelse soldaten, op weg naar de Veluwe, terug te roepen en anderen in hun paats te zenden. Zie Nota bene.
Datering:
1583 november 28
Notabene:
a. Reden voor dit besluit: De Landdag vreest onenigheid en muiterij indien soldaten van andere nationaliteiten, die reeds op de Veluwe gelegerd zijn, met de Engelsen geconfronteerd worden.
b. Rodolph van Lennep en de Nijmeegse secretaris Ott van Heteren krijgen opdracht hierover in correspondentie met de prins te treden.
c. Het (negatieve) antwoord van Willem van Oranje volgt in zijn schrijven van 6 december 1583 (nieuwe stijl), te vinden in 2000 Oud archief Arnhem, inv. nr. 4817.
d. Over Rodolph van Lennep, zie ook de regesten 211 (1583), 006 (1585), 099 (1591), 386 (1593 / 1594) en 407 (1593 / 1594).
b. Rodolph van Lennep en de Nijmeegse secretaris Ott van Heteren krijgen opdracht hierover in correspondentie met de prins te treden.
c. Het (negatieve) antwoord van Willem van Oranje volgt in zijn schrijven van 6 december 1583 (nieuwe stijl), te vinden in 2000 Oud archief Arnhem, inv. nr. 4817.
d. Over Rodolph van Lennep, zie ook de regesten 211 (1583), 006 (1585), 099 (1591), 386 (1593 / 1594) en 407 (1593 / 1594).
Toegangsnummer:
2000 Oud archief Arnhem
Inventarisnummer:
Folionummer:
460 v. - 461 r.
laatste wijziging 12-12-2024
1707 Gelderse Landdagsrecessen 1581-1798
Inventaris
1591
Landdag 10 februari - 16 maart 1591 te Arnhem; gehouden in "...die Raetcamer der Stat Arnhem...", de raadszaal van het stadhuis (vgl. 0012 Gelderse Rekenkamer, inv. nr. S 3, p. 361).
10 maart
041 Er worden vier besluiten genomen op een bijzondere memorie van het Hof. Voor de nadere inhoud, zie Nota bene.
Datering:
1591 maart 10
Notabene:
Besluiten:
a. Opdracht aan de gedeputeerden ter Staten-Generaal om aan te dringen op een goede regulering van de munt, d.w.z. hagemunten te verbieden en de goede munten volgens de muntordonnantie te reguleren.
b. Een regeling voor het achterstallige traktement van wijlen Adolf graaf van Nieuwenaar en Meurs, stadhouder van Gelderland, Utrecht en Overijssel. Zijn weduwe eiste de betaling van dit achterstallig traktement (wellicht over 1585). Men besluit dat de landrentmeester geen uitbetalingen meer mag doen aan Adolfs weduwe, tenzij er een regeling wordt getroffen over een heffing op paarden die het gewest toekwam en die Adolfs nazaten ontvangen hebben. Daarnaast moet er bewijs geleverd worden hoeveel lijfwachten de stadhouder op naam van het Gelderse bestuur in dienst had en hoe lang; zie voor deze kwestie en andere zaken rond de gravin van Meurs ook de regesten 041 (1590), 111 (1591), 055 (1592), 056 (1592), 057 (1592), 069 (1593), 168 (1593), 175 (1593), 263 (1593), 387 (1593 / 1594) en 388 (1593 / 1594) en 408 (1593 / 1594).
c. Men besluit enig zwaar geschut nog niet terug te vragen.
d. Het bewerkstelligen van een hogere opkomst op de Landdagen, door het opschorten van zekere bepalingen om edelen die ter Landdag zijn beschreven maar om niet geldige redenen wegblijven voortaan niet meer op te roepen; zie in dit verband 'Eheordnung' in de Verklarende woordenlijst.
e. Over weduwe Van Nieuwenaar: Anna Walburgis gravin van Nieuwenaar en Meurs (ca.1522-1600), weduwe van Filips van Montmorency graaf van Horn. Anna hertrouwde in 1569 of 1570 met haar jongere neef Adolf graaf van Nieuwenaar en Meurs, in 1589 te Arnhem bij een explosie omgekomen. Zij stond bekend als een ijverig calvinist en wijze staatsvrouw, en bereikte een hoge leeftijd ondanks haar doorgaans slechte gezondheid. Haar enige kind, een zoon, overleed op jonge leeftijd. Haar graafschap Meurs liet zij na aan prins Maurits, die het in 1597 op de Spanjaarden heroverd had.
a. Opdracht aan de gedeputeerden ter Staten-Generaal om aan te dringen op een goede regulering van de munt, d.w.z. hagemunten te verbieden en de goede munten volgens de muntordonnantie te reguleren.
b. Een regeling voor het achterstallige traktement van wijlen Adolf graaf van Nieuwenaar en Meurs, stadhouder van Gelderland, Utrecht en Overijssel. Zijn weduwe eiste de betaling van dit achterstallig traktement (wellicht over 1585). Men besluit dat de landrentmeester geen uitbetalingen meer mag doen aan Adolfs weduwe, tenzij er een regeling wordt getroffen over een heffing op paarden die het gewest toekwam en die Adolfs nazaten ontvangen hebben. Daarnaast moet er bewijs geleverd worden hoeveel lijfwachten de stadhouder op naam van het Gelderse bestuur in dienst had en hoe lang; zie voor deze kwestie en andere zaken rond de gravin van Meurs ook de regesten 041 (1590), 111 (1591), 055 (1592), 056 (1592), 057 (1592), 069 (1593), 168 (1593), 175 (1593), 263 (1593), 387 (1593 / 1594) en 388 (1593 / 1594) en 408 (1593 / 1594).
c. Men besluit enig zwaar geschut nog niet terug te vragen.
d. Het bewerkstelligen van een hogere opkomst op de Landdagen, door het opschorten van zekere bepalingen om edelen die ter Landdag zijn beschreven maar om niet geldige redenen wegblijven voortaan niet meer op te roepen; zie in dit verband 'Eheordnung' in de Verklarende woordenlijst.
e. Over weduwe Van Nieuwenaar: Anna Walburgis gravin van Nieuwenaar en Meurs (ca.1522-1600), weduwe van Filips van Montmorency graaf van Horn. Anna hertrouwde in 1569 of 1570 met haar jongere neef Adolf graaf van Nieuwenaar en Meurs, in 1589 te Arnhem bij een explosie omgekomen. Zij stond bekend als een ijverig calvinist en wijze staatsvrouw, en bereikte een hoge leeftijd ondanks haar doorgaans slechte gezondheid. Haar enige kind, een zoon, overleed op jonge leeftijd. Haar graafschap Meurs liet zij na aan prins Maurits, die het in 1597 op de Spanjaarden heroverd had.
Toegangsnummer:
0003 Staten van het Kwartier van Nijmegen en hun Gedeputeerden
Inventarisnummer:
612
[Aanvragen (verzoek tot inzage op de studiezaal)
U kunt dit archiefstuk (archiefnummer: 0003, inventarisnummer: 612), als het openbaar is, bekijken in de studiezaal van het Gelders Archief. Vraag het stuk aan via de website van het Gelders Archief. Het ligt dan klaar op de dag dat u wilt langskomen. Dat doet u als volgt:
]
- Ga hier naar het stuk op de website van het Gelders Archief.
- Klik vervolgens op het aanvraagicoon (icoon van het mapje) om het stuk aan te vragen.
- Kies de dag dat u langs wilt komen en vraag het stuk aan.
Folionummer:
pp. 149-150
laatste wijziging 12-12-2024
1707 Gelderse Landdagsrecessen 1581-1798
Inventaris
1590
Landdag 4 juli 1590 - 12 juli 1590 te Tiel
11 juli
041 Aangaande het tweede rekest van drost Eijl, over de door hem aangespannen procedure tegen het verleggen van de Meurse Pandtol, zal men het Hof vragen of het toestemming voor die verplaatsing heeft gegeven, en anders de gravin van Meurs en Nieuwenaar verzoeken de verlegging ongedaan te maken. Zie Nota bene.
Datering:
1590 juli 11
Notabene:
a. "... drost Eijl...": De recessen vermelden niet waarvan hij drost was. 'Drost Eijl', zoals hij in 2000 Oud archief Arnhem, inv. nr. 4696 fol. 96 v. wordt genoemd, is mogelijk een nazaat zijn van Reyner van Eijl (Eyll), die van vóór 1543 tot in 1563 op een pandsom van 700 gulden de functie van schout van Echt uitoefende; nader onderzoek is gewenst.
b. Gezien het feit dat de door Eijl aangespannen procedure gericht was tegen de gravin van Nieuwenaar en Meurs, moet het hier gaan om de Meurse Pandtol, die geheven werd te Tiel. Deze tol was vanaf 1359 verpand aan de graven van Meurs en werd pas in 1619 gelost. Bij gerechtelijk vonnis had Eijl het vruchtgebruik van de Meurse pandtol: zie regest 150 (1593). Zie ook over deze zaak en over de gravin Van Nieuwenaar de regesten 041 (1591), 111 (1591), (1592), 055 (1592), 056 (1592), 057 (1592), 069 (1593), 150 (1593), 168 (1593), 263 (1593), 387 (1593 / 1594), 388 (1593 / 1594) en 408 (1593 / 1594); en zie 0012 Archief van de Gelderse Rekenkamer, inv. nrs. 497-505.
c."...haer van Nuwenar...": Anna Walburgis gravin van Nieuwenaar en Meurs (ca.1522-1600), weduwe van Filips van Montmorency graaf van Horn, die als medestander van Willem van Oranje op 5 juni 1568 samen met Lamoraal graaf van Egmond te Brussel werd onthoofd. Anna hertrouwde in 1569 of 1570 met haar jongere neef Adolf graaf van Nieuwenaar en Meurs, stadhouder van Gelderland, Utrecht en Overijssel. Met Horn woonde zij in Weert, later met Adolf van Nieuwenaar in Utrecht tot diens dood in 1589 en vanaf 1597 in Meurs. Zij stond bekend als een ijverig calvinist en wijze staatsvrouw, en bereikte een hoge leeftijd ondanks haar doorgaans slechte gezondheid. Haar enige kind, een zoon, overleed op jonge leeftijd. Haar graafschap Meurs liet zij na aan prins Maurits, die het in 1597 op de Spanjaarden heroverd had; haar graafschap Horn aan Sabina van Egmont vrouwe van Beijerland, dochter van Lamoraal van Egmond.
b. Gezien het feit dat de door Eijl aangespannen procedure gericht was tegen de gravin van Nieuwenaar en Meurs, moet het hier gaan om de Meurse Pandtol, die geheven werd te Tiel. Deze tol was vanaf 1359 verpand aan de graven van Meurs en werd pas in 1619 gelost. Bij gerechtelijk vonnis had Eijl het vruchtgebruik van de Meurse pandtol: zie regest 150 (1593). Zie ook over deze zaak en over de gravin Van Nieuwenaar de regesten 041 (1591), 111 (1591), (1592), 055 (1592), 056 (1592), 057 (1592), 069 (1593), 150 (1593), 168 (1593), 263 (1593), 387 (1593 / 1594), 388 (1593 / 1594) en 408 (1593 / 1594); en zie 0012 Archief van de Gelderse Rekenkamer, inv. nrs. 497-505.
c."...haer van Nuwenar...": Anna Walburgis gravin van Nieuwenaar en Meurs (ca.1522-1600), weduwe van Filips van Montmorency graaf van Horn, die als medestander van Willem van Oranje op 5 juni 1568 samen met Lamoraal graaf van Egmond te Brussel werd onthoofd. Anna hertrouwde in 1569 of 1570 met haar jongere neef Adolf graaf van Nieuwenaar en Meurs, stadhouder van Gelderland, Utrecht en Overijssel. Met Horn woonde zij in Weert, later met Adolf van Nieuwenaar in Utrecht tot diens dood in 1589 en vanaf 1597 in Meurs. Zij stond bekend als een ijverig calvinist en wijze staatsvrouw, en bereikte een hoge leeftijd ondanks haar doorgaans slechte gezondheid. Haar enige kind, een zoon, overleed op jonge leeftijd. Haar graafschap Meurs liet zij na aan prins Maurits, die het in 1597 op de Spanjaarden heroverd had; haar graafschap Horn aan Sabina van Egmont vrouwe van Beijerland, dochter van Lamoraal van Egmond.
Toegangsnummer:
2000 Oud archief Arnhem
Inventarisnummer:
Folionummer:
96 v. - 97 r. (scan 190-191)
laatste wijziging 12-12-2024
1707 Gelderse Landdagsrecessen 1581-1798
Inventaris
1591
Landdag 10 - 17 augustus 1591 te Arnhem; gehouden in de Raadskamer.
12 augustus
111 punt 5: Verzoek aan de Landdag om betaling van (1) de 25.000 gulden, voorgeschoten door de vroegere stadhouder Jan (Johan) van Nassau, en (2) om het achterstallige traktement van de overleden stadhouder Adolf van Nieuwenaar te betalen aan zijn weduwe. Zie Nota bene.
Datering:
1591 augustus 12
Notabene:
a. Zie voor de kwestie van Jan van Nassau ook de regesten 054 (1581), 205 (1581,) 047 (1582), 032 (1583), de regesten 015, 034, 035 en 136 (alle over 1591), regest 034 (1592) en 189 (1593). Voor het achterstallige tractement van Adolf van Nieuwenaar en andere zaken rond de gravin van Meurs, zie de regesten 041 (1590), 041 (1591), 055 (1592), 056 (1592), 057 (1592), 069 (1593), 168 (1593), 175 (1593), 263 (1593), 388 (1593 / 1594), 389 (1593 / 1594) en 408 (1593 / 1594).
b. Men hoopt de weduwe tenminste een tegemoetkoming te kunnen betalen, maar dit komt verder niet terug in de recessen.
c. Deze weduwe: Anna Walburgis gravin van Nieuwenaar en Meurs (ca.1522-1600), weduwe van Filips van Montmorency graaf van Horn, die als medestander van Willem van Oranje op 5 juni 1568 samen met Lamoraal graaf van Egmond te Brussel werd onthoofd. Anna hertrouwde in 1569 of 1570 met haar jongere neef Adolf graaf van Nieuwenaar en Meurs, stadhouder van Gelderland, Utrecht en Overijssel. Met Horn woonde zij in Weert, later met Adolf van Nieuwenaar in Utrecht tot diens dood in 1589 en vanaf 1597 in Meurs. Zij stond bekend als een ijverig calvinist en wijze staatsvrouw, en bereikte een hoge leeftijd ondanks haar doorgaans slechte gezondheid. Haar enige kind, een zoon, overleed op jonge leeftijd. Haar graafschap Meurs liet zij na aan prins Maurits, die het in 1597 op de Spanjaarden heroverd had; haar graafschap Horn aan Sabina van Egmond vrouwe van Beijerland, dochter van Lamoraal van Egmond.
d. Het geld voor Jan van Nassau: Het ging om kosten, door Jan van Nassau gemaakt bij het beleg van Maastricht (8 maart - 29 juni 1579). Jan van Nassau was toen met een leger naar Maastricht getrokken om de door Parma belegerde stad te ontzetten. Parma's troepen bleken echter zo sterk verschanst dat hij geen aanval durfde wagen. Dit geld, aan Gelderland voorgeschoten, had Jan van Nassau op zijn beurt geheel of gedeeltelijk geleend van de graaf van de Palts.
b. Men hoopt de weduwe tenminste een tegemoetkoming te kunnen betalen, maar dit komt verder niet terug in de recessen.
c. Deze weduwe: Anna Walburgis gravin van Nieuwenaar en Meurs (ca.1522-1600), weduwe van Filips van Montmorency graaf van Horn, die als medestander van Willem van Oranje op 5 juni 1568 samen met Lamoraal graaf van Egmond te Brussel werd onthoofd. Anna hertrouwde in 1569 of 1570 met haar jongere neef Adolf graaf van Nieuwenaar en Meurs, stadhouder van Gelderland, Utrecht en Overijssel. Met Horn woonde zij in Weert, later met Adolf van Nieuwenaar in Utrecht tot diens dood in 1589 en vanaf 1597 in Meurs. Zij stond bekend als een ijverig calvinist en wijze staatsvrouw, en bereikte een hoge leeftijd ondanks haar doorgaans slechte gezondheid. Haar enige kind, een zoon, overleed op jonge leeftijd. Haar graafschap Meurs liet zij na aan prins Maurits, die het in 1597 op de Spanjaarden heroverd had; haar graafschap Horn aan Sabina van Egmond vrouwe van Beijerland, dochter van Lamoraal van Egmond.
d. Het geld voor Jan van Nassau: Het ging om kosten, door Jan van Nassau gemaakt bij het beleg van Maastricht (8 maart - 29 juni 1579). Jan van Nassau was toen met een leger naar Maastricht getrokken om de door Parma belegerde stad te ontzetten. Parma's troepen bleken echter zo sterk verschanst dat hij geen aanval durfde wagen. Dit geld, aan Gelderland voorgeschoten, had Jan van Nassau op zijn beurt geheel of gedeeltelijk geleend van de graaf van de Palts.
Toegangsnummer:
0012 Gelderse Rekenkamer
Inventarisnummer:
S 3
Folionummer:
442
laatste wijziging 12-12-2024