1707 Gelderse Landdagsrecessen 1581-1798
Inventaris
1591
Landdag 10 - 17 augustus 1591 te Arnhem; gehouden in de Raadskamer.
10 augustus
099 Comparanten ter Landdag:
Kwartier van Nijmegen:
Ridderschap:
Bartholdt (Bartelt) van Gendt, heer tot Loenen (Loehnen), raad ordinaris voor het Kwartier van Nijmegen
Johan van Gent, heer tot Ooijen (Ooij)
Joost van Giessen, ambtman van Zaltbommel (zie Nota bene, d.)
Goossen van Varick, tweede rekenmeester van de Gelderse Rekenkamer
Gijsbert van Mekeren, heer van Meinerswijck
Cornelis van Gendt, heer van Meinerswijck
Johan van Gent van Winssen
Willem Pieck, ambtman van Beesd (Beesd en Renoy)
Ott van Wijhe, heer tot Echteldt (Echtelt)
Joost Viegh (Vijgh)
Elis van Ewick (Ewijk)
Henrick Pieck, heer van Tinhoven (Tienhoven)
Gijsbert van Beest (Beesd)
Steden:
Tiel:
Willem Foeijart (Foijart), licentiaet (in de rechten; zie Verklarende woordenlijst)
Servaes Alertsz.
Zaltbommel:
Albert Maessen
Arndt Schoeck (Schouck)
Johan die Bije, secretaris
Kwartier van Zutphen:
Ridderschap:
Seno van Dort (Seino van Dorth), heer tot Dort (Dorth), landdrost van Zutphen en schout van Lochem
Jurrien van Boickholt (Boeckholt), richter van Doesburg
Jacob Schimmelpenninck
Steden:
Zutphen:
Cosijn (Casijn) van der Hell (vanaf 1594 raad ordinaris in het Hof van Gelre en Zutphen)
Willem Bucker
Doesburg:
Johan Gieginck
Doetinchem:
Hans Rogge
Johan van der Elburch
Lochem:
Egbert te Harckel
Henrick Friese
Kwartier van Nijmegen:
Ridderschap:
Bartholdt (Bartelt) van Gendt, heer tot Loenen (Loehnen), raad ordinaris voor het Kwartier van Nijmegen
Johan van Gent, heer tot Ooijen (Ooij)
Joost van Giessen, ambtman van Zaltbommel (zie Nota bene, d.)
Goossen van Varick, tweede rekenmeester van de Gelderse Rekenkamer
Gijsbert van Mekeren, heer van Meinerswijck
Cornelis van Gendt, heer van Meinerswijck
Johan van Gent van Winssen
Willem Pieck, ambtman van Beesd (Beesd en Renoy)
Ott van Wijhe, heer tot Echteldt (Echtelt)
Joost Viegh (Vijgh)
Elis van Ewick (Ewijk)
Henrick Pieck, heer van Tinhoven (Tienhoven)
Gijsbert van Beest (Beesd)
Steden:
Tiel:
Willem Foeijart (Foijart), licentiaet (in de rechten; zie Verklarende woordenlijst)
Servaes Alertsz.
Zaltbommel:
Albert Maessen
Arndt Schoeck (Schouck)
Johan die Bije, secretaris
Kwartier van Zutphen:
Ridderschap:
Seno van Dort (Seino van Dorth), heer tot Dort (Dorth), landdrost van Zutphen en schout van Lochem
Jurrien van Boickholt (Boeckholt), richter van Doesburg
Jacob Schimmelpenninck
Steden:
Zutphen:
Cosijn (Casijn) van der Hell (vanaf 1594 raad ordinaris in het Hof van Gelre en Zutphen)
Willem Bucker
Doesburg:
Johan Gieginck
Doetinchem:
Hans Rogge
Johan van der Elburch
Lochem:
Egbert te Harckel
Henrick Friese
Datering:
1591 augustus 10
Notabene:
a. Comparantenlijsten zijn opgenomen in de recesboeken van de Rekenkamer (0012 Gelderse Rekenkamer, inv. nr. S 3, fol. 415-418), de stad Arnhem en het Kwartier van Nijmegen (0003 Staten van het Kwartier van Nijmegen en hun Gedeputeerden, inv. nr. 612, fol. 178-181).
b. In de comparantenlijst wordt afzonderlijk melding gemaakt van 'gecommittierden van die Ridderschap in Nederbetuwe' (2000 Oud archief Arnhem, inv. nr. 4696, fol. 164 r.). Dit is niet gebruikelijk, daar de betreffende edelen onder de ridderschap van Nijmegen vielen. De vermelding dient waarschijnlijk een politiek doel, zie regest 103 (1591).
c. Willem Bentinck was tot zijn schorsing medio 1590 landrentmeester van de Veluwe; in de comparantenlijsten wordt hij nog altijd aangeduid met rentmeester, in die van Arnhem zelfs met "rentm[eeste]r etc." (2000 Oud archief Arnhem, inv. nr. 4696, fol. 165 r.). Zie ook de regesten 001, 140 en 149 (alle 1591).
d. De functie van Joost van Giessen hield ook het ambtmanschap in van de Tieler- en Bommelerwaarden, vgl. de comparantenlijst in regest 001 (1592).
e. Casijn (Cosijn) van der Hell compareert hier, en ook in 1593, voor het Kwartier van Zutphen; in vroegere jaren compareerde hij voor Veluwe, zie de landdagen van november 1587, maart 1588 en juli 1590.
b. In de comparantenlijst wordt afzonderlijk melding gemaakt van 'gecommittierden van die Ridderschap in Nederbetuwe' (2000 Oud archief Arnhem, inv. nr. 4696, fol. 164 r.). Dit is niet gebruikelijk, daar de betreffende edelen onder de ridderschap van Nijmegen vielen. De vermelding dient waarschijnlijk een politiek doel, zie regest 103 (1591).
c. Willem Bentinck was tot zijn schorsing medio 1590 landrentmeester van de Veluwe; in de comparantenlijsten wordt hij nog altijd aangeduid met rentmeester, in die van Arnhem zelfs met "rentm[eeste]r etc." (2000 Oud archief Arnhem, inv. nr. 4696, fol. 165 r.). Zie ook de regesten 001, 140 en 149 (alle 1591).
d. De functie van Joost van Giessen hield ook het ambtmanschap in van de Tieler- en Bommelerwaarden, vgl. de comparantenlijst in regest 001 (1592).
e. Casijn (Cosijn) van der Hell compareert hier, en ook in 1593, voor het Kwartier van Zutphen; in vroegere jaren compareerde hij voor Veluwe, zie de landdagen van november 1587, maart 1588 en juli 1590.
Bloknummer:
2000
Inventarisnummer:
4696
Folionummer:
164 r. - 165 v.
laatste wijziging 25-03-2022