2003_420 -

407 Richard Wijnen en Jacob Coets, der rechten Doctoren, als gemachtigden van de E.E. Gillis Everwijn, schepen, en Willem Muis, rentmeester dezer stad, tegenwoordig in "ostage" gedetineerd wegens dit kwartier en stad binnen Maastricht, vermogens procuratie, op 06-08-[1675] stijlo novo voor Lt. Stas en Dor. de Bruin, schepenen van beide hoge gerichte der voorzegde stad Maastricht gepasseerd, hebben ten behoeve van de Heren Gedeputeerden dezes kwartiers, alsook van de magistraat dezer stad, mitsgaders de Heren Peter Noijen, raad van den Hove van Gelderland, en Hermannus Coets, schepen dezer stad, verbonden nevens de personen van hun principalen alle derzelver goederen, zo in deze stad en schependom als in Over- en Nederbetuwe, Veluwe en Veluwzoom gelegen, om daaraan te verhalen zodane schade en interesse als dezelve in cas van ontwijking van hun vnd. principalen uit vnd. stad Maastricht gedurende de tijd van 2 maanden, waarin hun vrijheid door de heer intendant du Monceaux op de borgtocht van de Heer Heldevier van daaruit niet te zullen ontwijken is toegestaan om te logeren in vnd. stad, waar het hun zoude goeddunken [enz.];
laatste wijziging 05-04-2022
2003_420 -

333 Charl Wagre, gewezen weesvader van het Nieuwe weeshuis, sub et re ten behoeve van Anneken Janssen, huisvrouw van Christoffel du Mée, de helft van huis en hofstede, staande en gelegen op de oude Markt, waar het rat van avonturen uithangt, Aloff Michielsen Cruijmer ter eenre- en de weduwe van Jurrien Peters ter andere zijde;
laatste wijziging 30-11-2017
2003_420 -

919 Idem hebben in die kwaliteit verkocht, opgedragen en met hun vrije wil vertegen aan en ten behoeve van Johan Janssen en Margareta van Dalen e.l. voor een somma van 300 gl., die zij bekennen ontvangen te hebben, een achtste part dan nog een vierde part van een achtste part dan nog een vierde part van een achtste part in den Hoeckamp in het Arnhemse broek, zoals hetzelve de overledene is aanbestorven uit de boedel van Warner Janssen en Jenneken van Berckhuijsen [enz.];
laatste wijziging 30-11-2017
2003_420 -

1084 Stephanus Beck en Alletta Engelen e.l. verklaren voor een zekere somme van penningen, waarvan zij e.l. voldaan en betaald zijn, te cederen en op te dragen aan en ten erfelijke behoeve van Frederik Post en Anna Maria Colinx e.l. een rente van 40 gl. jaarlijks, losbaar met 800 gl. kapitaal, en dan nog een rente van 10 gl. jaarlijks, losbaar met 200 gl. kapitaal, voglens zegel en brieven, daarvan zijnde, d.d. 20-02-1658 en 20-03-1658, beide gevestigd in het huis van wijlen Frederik Hellebrants Post, op de Oude Markt staande en gelegen [enz.];
laatste wijziging 21-12-2012