283 Rutger Tolleken en Hadewych, zijn echte wijf, hebben opgedragen Brant van Delen 3 oude schilden 's jaars keizers of frankrijks uit hun huis en hofstad, wilner toegehorende Reyner van Beynem, gelegen aan de Oude markt tussen erfenis van heer Bernt van Possenbroeck ab una en erfenis nu ter tijd van Johan Hoppenkamp ab alia, met een schaarweide, daarin gehorende, gelegen in Palude in het Aldemercktsche slach, en uit 2 stenen kamers, bij de Sabelspoort, gelegen aan de stadmuur, ook daartoe gehorende, te betalen op de heilige Paasdag toekomende eerstaan en zo voort en op alle Pasen te lossen 1 oude schild 's jaars met 24 Rijnse gl. current [enz.];

282 Henrick Bentinck heeft verlijd en bekend - alzo Johan Bierwisch en Joffr. Jutte, zijn vrouw, tot zijn begeerte en bede "gesat" hebben aan handen van Henrick Waetseler mesmaker 18 Rijnse gl. 's jaars current uit een kamp lands, gelegen in Arnhemmerbroek, naar vermogen van een schepenbrief, bezegeld met de zegels van Johan van Mekeren en Willem van Doirnynck, schepenen voorzegd, dat hij Johan Bierwisch en Joffr, Jutte e.l. voorzegd van de voorgemelde 18 Rijnse gl. en belofte wel en aling zal ontheffen, kwijten en schadeloos houden pandare uit zijn huis en hofstad, gelegen in de Koningstraat, et omnia alia bona sua;

281 Johan Bierwisch en Joffr. Jutte, zijn echte wijf, hebben opgedragen en vertegen Henrick Waetseler 18 Rijnse gl. 's jaars uit een kamp lands, gelegen in Arnhemmerbroek, houdende omtrent 6 morgen lands, een weinig min of meer te goeder mate, waar oostwaarts naast gelegen is Reynerss slach met een zijde, westwaarts met een zijde Nennekens slach, zo die kamp lands aldaar gelegen is, te betalen op Sunte Philips en Jacobsdag dat men noemt Meidag, naastkomende na datum 's briefs eerstaan en zo voort [enz.];

280 Heer Johan Stock, kanunnik van Sunte Walburgen te Arnhem, als een executor en Gerraet [!] als een medeerfgenaam en executor van zal, Bartelt van Heernen, wilner kanunnik van Sunte Walburgen voorzegd, hebben met hun vrije wil opgedragen en machtig gemaakt Peter Johan Stoecks zoon alle alzulke schulden als met name 16 Rijnse gl., die Werner van Heze en Alyt van der Lawyck, zijn echte wijf, schuldig zijn zal. heer Bartelt voorzegd naar inhoud van een bezegelde brief, bezegeld met hun tweeer zegel, te mogen manen, heffen, opboeren en met recht te vervolgen [enz.];