Menu

De chat is beschikbaar van maandag tot en met vrijdag tussen 13:00 en 16:00 uur. Is de chat offline? Bekijk onze Veelgestelde vragen of stel uw vraag via ons contactformulier.

Uw zoekacties: Geluid
beacon
1.158  opnames
sorteren op:
 
 
 
 
Erfgoedstuk
Inventaris
Geluid
11.01 Interview met Jan Rensen
Titel:
Interview met Jan Rensen
Beschrijving:
Werk in de fruitteelt voor de Stichtingen Roomsch Catholijk Oude Armen Kantoor en Roomsch Catholijk Maagdenhuis, Grote en Kleine Meer, Doornenburg en Ressen. Jan Rensen (1931) vertelt (oral history). Begin jaren ’60 kochten de Stichtingen in Doornenburg en in Ressen (de Betuwe) 40 resp. 32 ha. Landbouwgrond van een paar boeren die met hun bedrijf wilden stoppen. Er werden allerlei (ook nieuwe) rassen fruit geteeld. Fruit brengt meer op dan landbouw. Het werd een modern en innovatief fruitbedrijf waarvoor in binnen- en buitenland veel belangstelling was.
In 1971 kwam de heer Rensen er werken.
Thema’s die aan de orde komen:
Financiering en beheer. De stichting financierde alles zelf; ze wilde autonoom zijn, onafhankelijk van overheidsgeld. Het beheer van de pas verkregen gronden lag bij de Grontmij, een onafhankelijke instantie. Philips Duphar (chemicaliën) werd aangetrokken voor advies. Ook de Landbouwhogeschool Wageningen was er via onderzoek bij betrokken.
Het werk. Professionele bedrijfsvoering met nieuwe productiemethodes en revolutionaire snoei. Er werkte één man op kantoor en vier waren er voor het buitenwerk.
Verkoop van het fruit. Aanvankelijk via de veiling. Voor de pluk werden plukkers geworven, soms meer dan 90. Steeds vaker werden ze zwart uitbetaald. Iets waar de stichting een eind aan wilde maken. Naderhand werd het fruit ‘op het hout’ (fruit pachten genoemd) verkocht. De koper zorgde daarbij zelf voor de pluk, opslag en afzet.
Registratie. Alles wat werd gedaan, en met welke machines en apparatuur, werd nauwkeurig geregistreerd.
De regenten van de stichting, meestal afkomstig uit Amsterdam, kwamen één keer per jaar, na de bloei, op bezoek. Van alle soorten appels die geteeld werden kregen ze een bepaalde hoeveelheid thuis bezorgd.
Datering:
16-02-2012
Interviewer:
Gert Huting
Auteursrechthebbende:
Gelders Archief
Uitleg auteursrechten:
Dit werk is vanwege auteursrechten alleen zichtbaar in de studiezaal van het Gelders Archief. Disclaimer
Ga naar dit stuk:
 
 
 
 
 
Erfgoedstuk
Inventaris
Geluid
13.01 Interview de heer H.
Titel:
Interview de heer H.
Beschrijving:
Landbouw op landgoed. De heer H. (1919) woont vanaf 1947 op het huis. Hij heeft het geërfd van ouders en tantes, waardoor het bezit bij elkaar kon blijven. Het interview (oral history) gaat met name om de landbouw op het Landgoed. Van oudsher waren er boerderijen verbonden aan de kastelen.
Thema’s die aan de orde komen:
De grond. In 1948 was het bedrijf ongeveer 120 ha. groot. Na onteigeningen door de gemeente bleef ongeveer de helft van de grond over.
Mechanisatie van het bedrijf. Toen de jonkheer op het bedrijf kwam ging alles nog met paarden. Het was het eerste bedrijf in Nederland dat helemaal gemechaniseerd was. De melkproductie ging omhoog.
Biologische landbouw. Afschaffen van bestrijdingsmiddelen en kunstmest. Experimenteren met natuurlijke, biologische vorm van landbouw. Begin jaren ’50 begonnen met verkoop van biologische groenten aan Reformwinkel in Arnhem. Waarna uitbreiding van de verkoop.
Juridische procedures. De jonkheer heeft veel juridische procedures tegen de gemeente gevoerd. De gemeente wilde het Landgoed als bouwterrein. In 1973 viel het kabinet, kwam er een nieuwe minister van Volkshuisvesting, Gruijters, en werd er een compromis bereikt en werd een deel van de grond behouden.
Landgoed behouden. Het huidige gemeentebestuur stelt zich inmiddels achter het Landgoed en willen het behouden, maar met openstelling van het park voor publiek.
Herstart bedrijf. Toekomstvisie gemaakt waarbij gestreefd wordt nar 50 ha. schone landbouw, zonder gebruik van synthetische stoffen en bevordering van de biologische diversiteit. Er is een kudde van 50 koeien en er worden graan, tarwe en voedselgewassen geteeld.
En passant komen nog enkele onderwerpen aan de orde: kort stukje geschiedenis van het kasteel; huishouden en personeel; archiefmateriaal dat bewaard is; het Landgoed in oorlogstijd; oorlogstijd op de Veluwe; erfeniskwestie.
Datering:
01-01-2007
Interviewer:
Margreet Gründemann
Auteursrechthebbende:
Gelders Archief
Uitleg auteursrechten:
Dit werk is vanwege auteursrechten alleen zichtbaar in de studiezaal van het Gelders Archief. Disclaimer
Ga naar dit stuk:
 
 
 
 
 
Erfgoedstuk
Inventaris
Geluid
17.01 Interview met mevrouw Van den Heuvel-Huisman
Titel:
Interview met mevrouw Van den Heuvel-Huisman
Beschrijving:
Leven en werken op landgoed Het Enzerinck. Mevrouw van den Heuvel (1934) kwam als kind op het landgoed Het Enzerinck waar ze haar vader hielp en waar ze als kind met haar broer en zusjes speelde. Haar vader had het beheer over het bos en hield ook toezicht op het huis en was verantwoordelijk voor het onderhoud. Mevrouw van den Heuvel haalt herinneringen op aan haar jeugd (oral history).Thema’s die aan de orde komen zijn:
Grootvaders huisje. Dat is een speelhuisje dat de kleinkinderen van jonkheer Van Lennep kregen bij zijn veertigjarig huwelijk. Het was een echt huisje op kinderformaat.
Werk in het bos. Als kind moest mevrouw van den Heuvel haar vader in het bos helpen. Bijvoorbeeld met een ouderwetse trekzaag bomen helpen zagen. Samen met haar zusje hielp ze vader ook bij de aanleg van een dennenbos bij de ronde vijver. Er werden duizend dennetjes geplant met stokjes er omheen tegen de konijnen of de reeën.
Rozeneiland. Op het rozeneiland stonden bogen met rozen erlangs. Het opbinden van de klimrozen en langs de bogen leiden was werk voor meisjes. In die tijd zat er nog zoveel water in de vijver dat je er nog kon roeien. In het botenhuis lag een boot in Van Lennep-kleuren.
Sociale verhoudingen. Moeder vond het belangrijk dat de kinderen naar school gingen. Ze wilde niet dat ze in dienst van de adel kwamen. Moeder heeft nooit voor de familie gewerkt. Voor vader stond alles altijd in dienst van Het Enzerinck en van de familie Van Lennep. Soms werd moeder met de kinderen uitgenodigd om thee te komen drinken. Kerst werd met het personeel en hun kinderen samen gevierd. De familie was ook verder heel zorgzaam, ook voor de kinderen.
Werk in het huishouden. Het huishouden thuis was veel werk. De groente die van het stukje grond bij huis kwam moest verwerkt worden; er werd geweckt en de kool moest geschaafd en met zout in keulse potten. Ook de was betekende veel werk. Het water kwam uit grote regentonnen.
Datering:
08-08-2011
Interviewer:
Irma Vollenga
Auteursrechthebbende:
Gelders Archief
Uitleg auteursrechten:
Dit werk is vanwege auteursrechten alleen zichtbaar in de studiezaal van het Gelders Archief. Disclaimer
 
 
 
 
 
Erfgoedstuk
Inventaris
Geluid
18.01 Interview met de heer I. over de periode 1940-1950 op boerderij
Titel:
Interview met de heer I. over de periode 1940-1950 op boerderij
Beschrijving:
De heer I. (1941) vertelt met name over de periode 1940 – 1950 (oral history). Zijn eerste herinneringen dateren van 17 september 1944, toen een paar duizend parachutisten op de boerderij landden.
Thema’s die aan de orde komen:
Oorlog. Het gezin werd geëvacueerd naar Bennekom en later Scherpenzeel. Om te voorkomen dat producten van het land (verplicht) werden afgegeven aan de Duitsers, mochten mensen uit de omgeving voedsel van het land halen. Geëvacueerde patiënten en medewerkers van de psychiatrische instelling Wolfheze maakten daar gebruik van.
Boerderij. Mestvee. Zaairogge. Het graan werd meestal verkocht, het stro ging naar kleine varkensboeren in de omgeving. De consumptieaardappelen die geteeld werden, werden geruild voor twee maal zoveel voeraardappelen bestemd voor het vee. Vanaf 1960 gingen de aardappelen naar de fabriek. Op het land veel konijnen en ander wild.
Hout en graswegen. Tussen de akkers groeiden rijen bomen (productiesingels) die eikenhakhout opleverden. Bakkers in de omgeving gebruikten dit hout voor het stoken van de ovens en er werden berkenbezems van gemaakt. Tussen de akkers werden grasstroken gezaaid, als wegen voor de paarden en later voor de trekkers.
Personeel. Er werd veel met personeel gewerkt; 7 à 10 vast en verder veel seizoenswerkers, die bijna niets kostten, die vaak ook bij de papierfabriek Van Gelder in Renkum werkten. Vaklieden bouwden de hooibergen (hooimieten) op het erf. De heer I. hielp evenals zijn 5 broers en 2 zussen mee op de boerderij. Zorg voor het mestvee was een vaste taak.
Eigen gebruik. Er was een moestuin, met aparte tuinman, met groenten en verschillende soorten bessen. Tot 1955 slachtte een slager jaarlijks een varken. Moeder verwerkte het vlees, deels door te wecken. Een deel werd weggeven, o.a. aan de dominee. Eén koe werd voor eigen gebruik gemolken.

Datering:
28-02-2012
Interviewer:
Jeanne van poppel
Auteursrechthebbende:
Gelders Archief
Uitleg auteursrechten:
Dit werk is vanwege auteursrechten alleen zichtbaar in de studiezaal van het Gelders Archief. Disclaimer
 
 
 

Contact

location Westervoortsedijk 67-D
     6827 AT Arnhem
     (parkeerplaats aan de
     Mercatorweg)

E-mail Contactformulier
Telefoon  Telefoon
calender2 Openingstijden studiezaal