Na de dood van Johan de Capella (1349) splitste zich de familie in 2 takken, de oudste bleef in de buurt van Wezel, erfde het goed de Wohnung bij Bislich en stierf uit in 1696.

De jongere tak ging in het einde der 14de eeuw naar de graafschap Zutphen, waar zij het huis Rijsselt (oorspronkelijk Swavingh geheten) en het huis de Dam, beide in het kerspel Warnsveld gelegen, verkreeg. Na de derde Zutphense generatie kwam er opnieuw een splitsing: de oudste zoon Johan stichtte de tak Capellen van den Dam (in 1645 uitgestorven), de jongere zoon Hendrik de tak Capellen tot Rijsselt, die in 1601 ook de Boedelhof, in 1626 's-Heeraertsberg, in 1660 Hagen verkreeg, en in 1745 de Dam terugkocht. In 1755 kwam een nieuwe splitsing, namelijk in 4 takken, nl. die van De Dam (met de Boedelhof), die van Rijsselt, die van de Marsch en die van Berkenwoude. De laatste freule van de Dam overleed in 1847, haar erfgenamen waren haar neven Van Goltstein. De laatste heer van Rijsselt vervreemdde in 1829 dit oude familiegoed, zijn tak is in 1856 uitgestorven.

De tak van de Marsch (die ook de Lathmer en de Engelenburg bezeten heeft) is de enige nog voortlevende tak der familie. De tak Berkenwoude heeft zich in de 19de eeuw naar Duitsland verplaatst en is in 1917 in mannelijke lijn uitgestorven. Een afsplitsing van de tak Boedelhof-Hagen is geweest de tak Capellen-Hagen-Appeltern, later ook Capellen van de Pol genaamd, die in 1784 in mannelijke lijn is uitgestorven.