0318
Klooster Clarenwater bij Hattem
Inleiding
laatste wijziging 20-07-2021
542 beschreven archiefstukken
37 gedigitaliseerd
totaal 123 bestanden
Inventaris
6. Regesten
59 Johan Gosenssoen en Mathijs Mathijssoen, provisoren en kerkmeesters van het Heilige Geest Gasthuis binnen Hattem, benoemd door de schepenen van Hattem, oorkonden dat meester Evert van Osswert, die in Clarenwater woont, bij wijze van testament aan het gasthuis gegeven heeft: een jaarrente van zes pond uit een stadshuis naast Henric then Holte waarvoor men met St. Maarten een ton haring zal kopen om die aan de arme lieden in het gasthuis te geven begin advent en in de vasten en als er geen armen in het gasthuis zijn, dan aan de huiszittende armen in stad en kerspel; voorts vijf mud rogge te betalen vier mud door Gherbrant van Brummen en een mud door Gerijt Jacobssoen in den Derpe namens wijlen Henric Roebertssoen; voorts drie pond uit het huis naast de dorpspoort waar vroeger wijlen Heyne Ieger in woonde om daar Zwolse boter voor te kopen, met gedetailleerde opgave hoe en wanneer te delen, onder andere op de jaargetijde van Everts overleden huisvrouw Alijt, en voorts nog een pond voor miswijn bij de jaargetijden van Evert en Alijt, gaande uit de weer van wijlen Johan Wolves naast het huis van wijlen Lubbert Ottensoen. En als de gasthuismeesters in gebreke blijven dan zal het convent van Clarenwater de renten krijgen voor de helft ten eigen behoeve en voor de andere helft om daarvan aan de kloosterpoort de armen te voeden
0318 Klooster Clarenwater bij Hattem
Inventaris
6. Regesten
59
Johan Gosenssoen en Mathijs Mathijssoen, provisoren en kerkmeesters van het Heilige Geest Gasthuis binnen Hattem, benoemd door de schepenen van Hattem, oorkonden dat meester Evert van Osswert, die in Clarenwater woont, bij wijze van testament aan het gasthuis gegeven heeft: een jaarrente van zes pond uit een stadshuis naast Henric then Holte waarvoor men met St. Maarten een ton haring zal kopen om die aan de arme lieden in het gasthuis te geven begin advent en in de vasten en als er geen armen in het gasthuis zijn, dan aan de huiszittende armen in stad en kerspel; voorts vijf mud rogge te betalen vier mud door Gherbrant van Brummen en een mud door Gerijt Jacobssoen in den Derpe namens wijlen Henric Roebertssoen; voorts drie pond uit het huis naast de dorpspoort waar vroeger wijlen Heyne Ieger in woonde om daar Zwolse boter voor te kopen, met gedetailleerde opgave hoe en wanneer te delen, onder andere op de jaargetijde van Everts overleden huisvrouw Alijt, en voorts nog een pond voor miswijn bij de jaargetijden van Evert en Alijt, gaande uit de weer van wijlen Johan Wolves naast het huis van wijlen Lubbert Ottensoen. En als de gasthuismeesters in gebreke blijven dan zal het convent van Clarenwater de renten krijgen voor de helft ten eigen behoeve en voor de andere helft om daarvan aan de kloosterpoort de armen te voeden
Datering:
1443 oktober 16 [op St. Gallendag confessor]
NB:
Inv.nr. 107. Zegels van de oorkonders, op één zegelstrook tekst.
Toegangsnummer:
0318 Klooster Clarenwater bij Hattem
laatste wijziging 20-01-2014
laatste wijziging 20-07-2021
542 beschreven archiefstukken
37 gedigitaliseerd
totaal 123 bestanden
Kenmerken
laatste wijziging 20-07-2021
542 beschreven archiefstukken
37 gedigitaliseerd
totaal 123 bestanden